2019-2023
Het winterse rood van de bosaardbei

Het winterse rood van de bosaardbei

Bosaardbei. Foto Koos Dijksterhuis
Bosaardbei. Foto Koos Dijksterhuis

Zijn bosaardbeien in de zomer rood, ook ’s winters kunnen ze dat zijn. ’s Zomers zijn de vruchten rood, ’s winters sommige bloemen. Het lijkt wel of de witte kroonblaadjes van aardbeibloemen in de winter een herfstkleur krijgen. Zo zijn ze vier keer kleurig: in de lente als witte bloem met een geel hart, in de zomer als (schijn)vrucht, in de herfst tijdens een tweede bloei en in de winter als herfstbloem.

Bosaardbeien zijn de wilde voorouders van kweekaardbeien. Hun vruchten worden lang zo groot niet, maar smaken uitstekend. Het heten schijnvruchten omdat ze behalve uit het vruchtbeginsel uit de bloembodem zijn gevormd. De eigenlijke vruchtjes zijn de pitjes op de aardbei.

Hun zoete smaak onderscheidt bosaardbeien van de erop lijkende schijnaardbeien. Die zijn smakeloos. In een eerder stadium hebben schijnaardbeien bovendien gele in plaats van witte kroonbladeren.

Lees Meer Lees Meer

DELEN
Wat eten, drinken en ademen wormen?

Wat eten, drinken en ademen wormen?

Regenworm. Foto Koos Dijksterhuis
Regenworm. Foto Koos Dijksterhuis

Ik heb tegels gelicht: stoeptegels van dertig bij dertig. Sommige bleken anderhalf keer zo dik te zijn. Ik kan maar één reden verzinnen waarom iemand een tuinpad zou bestraten met tegels waarvan sommige dikker zijn: die lagen er nog en moesten op. Voor degene die ze eruit wipt, in casu ondergetekende, betekent het extra werk.

Enfin. De tegels waren zo strak gelegd dat er maar weinig groen tussen zat. Ook kwam ik weinig wriemelend, laat staan kruipend gedierte tegen. Alleen af en toe een regenworm. De regenwormen gedroegen zich lethargisch. Ze leken wel dood, maar dat waren ze niet. Ik onderbrak mijn werkzaamheden telkens om ze op te tillen en in veiligheid te brengen, en soms deden ze een halfslachtige poging in de diepten der aarde aan mijn vingers te ontkomen.

Lees Meer Lees Meer

DELEN
Wespen in en tegen de lamp gelopen

Wespen in en tegen de lamp gelopen

Dode wespen. Foto Koos Dijksterhuis
Dode wespen. Foto Koos Dijksterhuis

De eerste dode wespen zijn gevonden. Iedere winter is het raak in mijn huis. Soms leven ze nog en zet ik ze buiten, waar ze een ander winterverblijf moeten zoeken. In huis gaan ze dood – het zal er wel te warm en droog zijn. De binnen gedrongen wespen zijn bevruchte vrouwtjes die een overwinteringsplek zoeken. Na de winter zouden ze koningin kunnen worden van een nieuw nest.

Kennelijk vinden wespen een manier om binnen te komen. Zoals ook slakken en muizen op wonderbaarlijke wijze bijna iedere woning weten binnen te dringen. Ze kunnen zich zo onwaarschijnlijk plat en dun maken, dat we het ons niet kunnen voorstellen. Ik zag eens een forse naaktslak die zich als een barbapapa met een verschuivende wespentaille door een gaatje wurmde, waar hooguit een luciferhoutje in paste. Het werkwoord wurmen is wellicht gebaseerd op die lenigheid van een slak, al is een slak beslist geen worm.

Lees Meer Lees Meer

DELEN
Roodborst bij de kippen

Roodborst bij de kippen

Roodborst. Foto Koos Dijksterhuis
Roodborst. Foto Koos Dijksterhuis

In de winter zijn roodborstjes vaker in tuinen te zien dan in het broedseizoen. Ook bij ons hopt dagelijks een roodborstje door de tuin. Hij of zij inspecteert de plekken waar eerder iets eetbaars gevonden werd en neemt een slokje uit de drinkbak.

Ik vind het altijd leuk om zo’n vogeltje te zien. Roodborstjes hebben een opvliegende aard tegen andere vogels, inclusief soortgenoten, maar ze zien er ongekend schattig uit. En ze zijn niet schuw. Ik hoef maar wat blad van het paadje te harken, of daar is het beestje al. De oranje borst is opgezet, het buikje staat bol. Twee glinsterende kraaloogjes houden de geringste beweging van wormpjes, springstaarten en ander klein gedierte in de gaten; gedierte dat onder het blad een schuilplaats dacht te hebben gevonden.

Lees Meer Lees Meer

DELEN
Vlinder in huis

Vlinder in huis

Dagpauwoog. Foto Koos Dijksterhuis
Dagpauwoog. Foto Koos Dijksterhuis

Er zit een dagpauwoog op zolder. Als we er de verwarming uitlaten, heeft de vlinder kans de winter te overleven. Het dier is dan in een soort van winterslaap. Gaat de verwarming aan, dan komt ze tot leven en moet ze brandstof tanken, nectar bijvoorbeeld. En dat is er niet.

Menig dierenvriend zal zo’n winterse vlinder buiten zetten, en menen dat die edelmoedige handeling het insect van de dood redt. Maar buiten redt de vlinder het niet. Als de door de vlinder gekozen verblijfsplaats ongewenst is, kunt u de vlinder in de schuur of andere droge maar onverwarmde ruimte zetten. Een vogelnestkast kan ook, maar dan loopt de dagpauwoog het risico op een inspecterende of overnachtende mees. Die het insect waarschijnlijk ontvleugelt en opeet. Als u een winterslapende dagpauwoog stoort, ritselt het insect met de vleugels. Als u het dier nog meer verstoort, spreidt het de vleugels en kijken de nep-ogen u aan.

Lees Meer Lees Meer

DELEN
Koortsachtig vogeltje voor het raam

Koortsachtig vogeltje voor het raam

Goudhaantje. Foto Koos Dijksterhuis
Goudhaantje. Foto Koos Dijksterhuis

Voor ons keukenraam staat een loofboom. Ik ben vergeten wat voor boom, het is een exotische kweekboom. Exotische kweekbomen zijn uit ecologisch oogpunt zelden heel waardevol. Toch zie ik door het keukenraam vaak vogels in deze boom. Die vinden er kennelijk toch iets van hun gading.

Regelmatige bezoekers zijn merel, roodborstje, pimpelmees en koolmees. Gisteren zag ik ook de laatste van dat kwartet. Maar er bewogen nog drie andere vogels. Eén zat op de grond rond de stam: een winterkoninkje. De ander schoof van kniehoogte langs de stam naar de kruin: een boomkruiper. De derde zat geen seconde stil, hij sprong van twijg naar twijg, fladderde even en roetsjte weer een halve meter verder. Het was een heel klein vogeltje in tjiftjaf-achtig tenue. Maar over zijn kruin lag een gele streep: een goudhaantje!

Lees Meer Lees Meer

DELEN
Verstokte stokroos

Verstokte stokroos

Stokroos in sneeuw. Foto Koos Dijksterhuis
Stokroos in sneeuw. Foto Koos Dijksterhuis

Ik heb stokrozen gezaaid. Dat is niet de eerste maal. Tientallen malen heb ik stokrozen gezaaid die alle malen niet verschenen. Ik zaaide ze op te vochtige, te druk begroeide, te lommerrijke plekken. Pas toen er een stokroos opkwam tussen de stenen op mijn terras, op een zonnig en warm plekje, een stokroos opkwam, waar ik niet gezaaid maar blijkbaar gemorst had, besefte ik dat stokrozen maar weinig eisen en ook niet meer dan dat willen. In ogenschijnlijk karige omstandigheden winnen zij de wedstrijd met meer eisende soorten. Ze kunnen tegen warmte en (enige) droogte en hebben tussen de stenen het rijk alleen. Onder de stenen droogt de grond ook niet zo snel uit. En de stenen scheiden kalk af, wat een stokroos een opsteker vindt.

Lees Meer Lees Meer

DELEN
De sterfdag van een kapoen

De sterfdag van een kapoen

Haan. Foto Koos Dijksterhuis
Haan. Foto Koos Dijksterhuis

Vandaag is de naamdag van Sint Nicolaas. Dat heeft de bisschop van Myra te danken aan zijn goede daden, en aan zijn dood op 6 december. De goedheiligman overleed volgens Wikipedia op die datum ‘tussen 335 en 337’. Dat zou dan toch 6 december 336 moeten geweest zijn. We kunnen het de Sint pas over 49 weken vragen, bij zijn jaarlijkse intocht in Nederland. Afgelopen nacht is hij vertrokken, al dan niet met een kater van de bisschopswijn.

Voor zover bekend had Sint Nicolaas geen knechten (m/v/z/w). Voor zover bekend had hij ook geen minnaars (v/m). Als geestelijke was hij ongetrouwd en werd hij geacht zich verre te houden van liefkozingen. Tegenwoordig zou je als bisschop verdenkingen op je laden als je kinderen op schoot nam, maar daar maakte men 1700 jaar geleden geen punt van.

Lees Meer Lees Meer

DELEN
De (on)beschermde beuk

De (on)beschermde beuk

Beuk Foto Koos Dijksterhuis
Beuk. Foto Koos Dijksterhuis

Bij ons toekomstige huis staat een enorme beuk. Oude vrienden zowel als nieuwe buren vinden het een mooie boom, maar vragen ons of steevast of we hem laten staan. Hij heeft namelijk geen beschermde status, hangt met zijn reusachtige takken over het dak en zou met zijn wortels het huis kunnen optillen. Hij zou het huis kunnen vermorzelen, van boven en beneden.

Wij dachten niet aan zulke rampspoed. Wij dachten: wat een prachtige boom! Het is een rode beuk en de beukennootjes zijn in trek bij dieren. We zagen een boomklever en een eekhoorn beukennootjes slachten. Op zolder troffen we muizennestjes aan, omringd door lege beukennootjes.

We vinden het verbazingwekkend dat die reuzenbeuk niet beschermd is. Daar moesten we misschien eens werk van maken, al heeft ie van ons weinig te vrezen. Het enige wat we van plan zijn is een ietsepietsie snoeien. En blad harken. Jarenlang dwarrelde dat blad in november neer en aan één kant hoopte het zich op, zodat de grond daar nu een meter hoger is.

Lees Meer Lees Meer

DELEN
Strandkrabben hebben stereoseks

Strandkrabben hebben stereoseks

Dode strandkrab met twee piemels. Foto Koos Dijksterhuis
Dode strandkrab met twee piemels. Foto Koos Dijksterhuis

In de herfst gaan veel krabben dood. Op het strand liggen ze langs de waterlijn. Er lijken altijd veel dode krabben aan te spoelen, maar dat is niet waar. Een krab groeit uit zijn pantser en moet van tijd tot tijd vervellen. Dat wordt de oude, krappe schaal afgelegd. Lege rugschalen betekenen vaker een krab in de groei dan een krab in z’n graf. Bij schelpdieren zit de schelp aan het weekdier vast. Het dier komt met een piepklein schelpje uit het ei en boetseert er zelf rand na rand bij. Vervellen is niet nodig.

Schaal- en schelpdieren worden vaak in één adem genoemd. Toch zijn ze even verwant aan elkaar als een regenworm aan een mens. Daarom is het wonderlijk dat zoveel mensen voor beide totaal verschillende diergroepen allergisch menen te zijn.

Lees Meer Lees Meer

DELEN