Natuurdagboeken op dijksterhuis.net
(On)zichtbaar witte glimp

(On)zichtbaar witte glimp

Hermelijn. Foto Koos Dijksterhuis
Hermelijn. Foto Koos Dijksterhuis

Mijn geliefde zag een hermelijn. Ik loop tijdens mijn dagelijkse wandelingen altijd op de uitkijk. Ik zag een keer een wezel oversteken en laatst kwamen hond en ik een vos tegen. Die vos had net als hond een witte punt aan zijn weelderige staart. Dat schiep geen merkbare band tussen de dieren. Wel snuffelde hond zeer gespannen rond en wilde ze mij meetrekken richting vos. Vos stak een veld over en kuierde de bosjes in.

Maar een hermelijn, nee. Ik heb in Nederland in mijn leven slechts vier keer een hermelijn gezien, en herinner me ze allemaal. De eerste zag ik op mijn veertiende in Den Treek bij Amersfoort: helemaal wit met zwarte staartpunt. Mijn geliefde zag ook een witte. Er lag geen sneeuw, dus dat winterkleed viel juist op. Ze had hem zien scharrelen bij een sloot langs het pad. De volgende morgen toog ik erheen.

Lees Meer Lees Meer

DELEN
Hippend en wippend, de kwikstaart

Hippend en wippend, de kwikstaart

Witte kwikstaart. Foto Koos Dijksterhuis
Witte kwikstaart. Foto Koos Dijksterhuis

Begin februari al zag ik de eerste witte kwikstaarten. Een groep van deze kleine, zwart-wit-grijze zangvogels schuimde een paardenwei af. Het golvende landschap in de buurt van ons dorp, met bosjes en houtwallen, is ideaal voor witte kwikstaarten. Ze gaan wellicht in de buurt broeden, maar misschien trekken ze verder naar het noordoosten.

Lees Meer Lees Meer

DELEN
De tjiftjaf is terug, nu de fitis nog

De tjiftjaf is terug, nu de fitis nog

Tjiftjaf Foto Koos Dijksterhuis
Tjiftjaf. Foto Koos Dijksterhuis

Op 6 maart kreeg ik bericht van Geppie Doorlag uit Groningen dat ze een tjiftjaf had gehoord aan de zuidkant van de stad. Of dat vroeg was. Ja, antwoordde ik, dat is vroeg. Nu staan tjiftjaffen te boek als terugkerend uit Afrika in de tweede week van maart, maar zelf hoor ik ze altijd pas in de derde week. In Groningen zijn ze natuurlijk pas als de rest van het land al voorzien is, en 6 maart is dus vroeg, maar niet heel vroeg. Een dag later hoorde ik een tjiftjaf aarzelend zijn naam roepen in landgoed Lemferdinge, Eelde. Hij oefende wat en klonk elke keer meer als het bekende ‘tjif tjaf, tjif tjaf’ dat ze de hele lente en halve zomer volhouden. Een ochtend later hoorde ik hem weer, plus nog twee andere. Dit is deel elf in mijn vogelgeluidenreeks.

Lees Meer Lees Meer

DELEN
Vroege zanger op vrijersvoeten

Vroege zanger op vrijersvoeten

Roodborsttapuit. Foto Koos Dijksterhuis
Roodborsttapuit. Foto Koos Dijksterhuis

Hij zingt snel en gevarieerd, met fraaie fluittonen en scherpe korte klanken alsof er met een kleine hamer op een spijkertje wordt getikt. Als er niet gezongen wordt, is een roodborsttapuit vaak wel bereid tot een karakteristiek roepje, dat klinkt alsof er twee steentjes op elkaar ketsen. Dit is deel tien van mijn vogelzangserie.

Het vrouwtje is al mooi, maar het mannetje van de roodborsttapuit is helemaal een schoonheid. Zijn rode borst kleurt prachtig bij zijn zwarte rug en kop, die weer fraai contrasteren met een spierwitte kraag.

Lees Meer Lees Meer

DELEN
Straaljagerdoofheid

Straaljagerdoofheid

Chinook boven natuur. Foto Koos Dijksterhuis
Chinook boven natuur. Foto Koos Dijksterhuis

Als ik langs Eelde wandel, zie en hoor ik het ene na het andere vliegtuigje stijgen en landen. Echt opmerkelijk hoeveel er in kleine vliegtuigjes gevlogen wordt. Ik zie ook regelmatig een groot passagierstoestel. Soms ruik ik kerosine – die damp verspreidt zich kilometers. De traumahelikopter van het ziekenhuis is er vaste klant en de laatste tijd landt en stijgt er wel eens een dikbuikig transportvliegtuig. Dat is vast een legertoestel, net als de chinook-helikopter die over denderde. Wat een lawaai.

Die chinooks vliegen bij voorkeur boven stiltegebieden, want daar wonen minder mensen. Kennelijk is het begrip stiltegebied niet iedereen duidelijk. Hoe dan ook, al het vlieglawaai, en daarbij het geraas van de snelweg, en de lenteherrie van bladblazers en motorzagen wordt binnenkort onhoorbaar vanwege de F-35’s, die gemiddeld zeventien keer per dag zullen stijgen of landen.

Lees Meer Lees Meer

DELEN
Afgesneden bossnipper

Afgesneden bossnipper

Hoge Klei. Foto Koos Dijksterhuis
Hoge Klei. Foto Koos Dijksterhuis

Vanaf mijn elfde liet ik vaak twee honden uit bij Amersfoort. Eerst wandelde ik met ze naar Klein Zwitserland, het door de snelweg geflankeerde bosje. Ik bezocht het onlangs. De bomen waren ouder geworden, maar verder was er weinig veranderd.

Nee, dan de Hoge Klei, een deel van landgoed Den Treek aan de overkant van de snelweg, en destijds weinig bezocht door hondenuitlaters. Algauw liep ik daar met de honden heen. Er was een enorme zandafgraving waar je niet in mocht. Er waren duistere percelen jonge sparren, er waren grillige eiken en er was een monumentale beuk van hoge leeftijd, met een stam die wel een meter dik was.

Lees Meer Lees Meer

DELEN
Vossenhol in hondenbos

Vossenhol in hondenbos

Foto Koos Dijksterhuis
Foto Koos Dijksterhuis

In Amersfoort bezocht ik de bossen waar ik als kind en puber rondstruinde. Ik bouwde hutten en raapte tamme kastanjes in Klein Zwitserland, een klein honden-uitlaatbos met vooral loofbomen. Het werd tijdens de crisis in de dertiger jaren aangelegd door werklozen, voor rijke villabewoners die er gingen wandelen. Het bosje ligt op de helling van de veertig meter hoge Amersfoortse Berg. Vanwege het bergachtige karakter werd het naar Zwitserland genoemd, zoals bijna alle hobbelige terreinen. Veertig jaar na de aanleg liet ik er met mijn buurjongen diens hond uit, en hoorde en zag ik er bosuilen.

Lees Meer Lees Meer

DELEN
Schollies vluchten voor de vloed

Schollies vluchten voor de vloed

Hoogwatervluchtplaats op Schiermonnikoog. Foto Koos Dijksterhuis
Hoogwatervluchtplaats op Schiermonnikoog. Foto Koos Dijksterhuis

De scholeksters verzamelen zich in hun sociëteiten. In de buurt van onze vorige woonplek bevond zich zo’n soos, een soort wachtkamer voor de territoria. Tientallen scholeksters verzamelden zich daar in februari, om banden te smeden, hiërarchieën te bepalen en vrijgekomen territoria te verdelen. Vanuit de soos verspreidden ze zich over de omgeving, om die territoria in te nemen.

Lees Meer Lees Meer

DELEN
De zomerhit van de veldleeuwerik

De zomerhit van de veldleeuwerik

Veldleeuwerik. Foto Koos Dijksterhuis
Veldleeuwerik. Foto Koos Dijksterhuis

Eind jaren zeventig was de veldleeuwerik een van onze vijf talrijkste vogels, samen met algemeenheden als huismus, merel, spreeuw en koolmees. Je kon bijna overal leeuweriken zien en vooral horen. Sindsdien hebben we die soort nagenoeg uit weten te roeien: best een knappe prestatie. Waarin een klein land groot kan zijn!

Lees Meer Lees Meer

DELEN
Merelzang

Merelzang

Merel in klimop. Foto Koos Dijksterhuis
Merel in klimop. Foto Koos Dijksterhuis

Sommige zingen rond Kerst al, maar de meeste merels beperken zich dan tot mompelend geneurie, en gaan pas los in februari. Nu gaf de plotselinge overgang van vriespunt naar lenteweer het startsein. Merelzang is waarschijnlijk de bekendste vogelzang. Merels komen voor in bijna iedere woonwijk – het moet wel een heel stenig, ontbladerd stadsdeel zijn waar ze ontbreken. Ze komen voor in ieder dorp, ieder park, ieder bos en op vrijwel elk erf. Alleen op het uitgestrekte, boomloze, eentonige boerenland ontbreken ze.

Lees Meer Lees Meer

DELEN