Midden in de nacht werd ik wakker. Het was windstil. Ik hoorde niet één auto, scooter of caféganger, er waren geen gedempte elektronische piepjes of een vage achtergrondbrom. Er takkedangde geen trein in de verte, er brulde geen vliegtuig over. Nergens klonk de vervormde bas van een of ander feestje, er knalde zelfs geen vuurwerk. Niets, behalve het lied van een roodborstje. …
Twee lezers melden dat ze een eekhoorn in hun tuin zagen. Eekhoorns zijn notoire tuinlieden geworden. En ze nestelen steeds vroeger.
Cor Hofstra zag een rode eekhoorn van het vogelzaad snoepen. De mezen hielden een veilige afstand. Zou ik ook doen als mees. Eekhoorns eten zo een nest eieren of jonge vogels leeg, dus een volwassen mees zullen ze ook best lusten. …
Speenkruid met lieveheersbeestje. Foto Koos Dijksterhuis
De tuinen, voorzover niet betegeld, bekiezeld of bedekt met kunstgras, huisvesten nog veel laat- en vroegbloeiende planten. Meestal zijn het enkele volhouders of vroegerds. Soms ook zijn ze al met vele, zoals de narcissen. Ineens stromen de mailtjes binnen met foto’s van narcissen. De bermen staan in bloei!
In december heb ik nog nooit zoveel bosjes gele trompetnarcissen meegemaakt. En er zijn meer rariteiten. Ik kreeg een foto van bloeiend komkommerkruid en een foto van bloeiende waterscheerling. Er zijn al bosanemonen gezien en speenkruid. …
Op de kortste dag van het jaar zijn er nauwelijks nog wilde bloemen. Maar sommige planten bloeien onbekommerd door. Zwarte nachtschade bijvoorbeeld. Die groene plant met geel-witte bloemen en zwarte vruchten staat op de minst waarschijnlijke plekken te bloeien. Tussen de straatstenen langs een muur in een steegje bijvoorbeeld. Of tussen het plastic uit leeggewaaide vuilnisbakken. …
Vanuit ons huisje op Schiermonnikoog kijk ik naar de kauwtjes op de buurhuisjes. Het zijn dezelfde vakantiebungalows, met dezelfde schoorstenen. Daarin huizen kauwtjes. De kleine kraai-achtigen schuimen overdag de omgeving af en strijken ’s avonds voor de nacht neer in een paar bomen. Voor het slapen gaan zwermen ze een kwartier rond – een nu eens lichter en opener, dan weer dichter en donkerder wordende wolk tegen de paarsblauwe schemerlucht. …
Binnen een uur kreeg ik twee meldingen van een kwikstaart op het dak van de schuur van de buren. Het betrof twee schuren, van verschillende buren, in het westen en in het zuiden des lands. De schuren hadden allebei een plat dak waar plassen op stonden. Het had geregend.…
In het bos tref ik kleine, geelbruine paddestoeltjes. Het zijn jonge fluweelpootjes. Die leven van dood, misschien soms ook van levend hout. En dat doen ze ’s winters. Niet dat de temperatuur al winters is, na een paar nachten met lichte nachtvorst is de herfst relatief warm gebleven. Toch hebben de fluweelpootjes na die paar koude nachten hun hoeden opgezet.
Fluweelpootjes zouden ons immuunsysteem versterken en een stofje bevatten dat beschermt tegen kanker. De paddestoelen worden gekweekt voor consumptie en zijn te koop onder de naam enokitake. Lieden die op zoek zijn naar natuurgeneeskracht, kopen een product eerder als het oosters klinkt. …
Vorig jaar schreef ik over de kauwtjes die het vogelvoer in de tuin opaten. Niet dat ik kauwtjes geen vogelvoer gun, kauwtjes zijn tenslotte ook vogels. Maar de eetlust van de familie kauw (moeder, vader en vier, dit jaar drie kinderen) viel niet te stillen. Laat staan dat er voor de kleinere vogels iets overbleef.
Vetbollen werden opgehengeld en verdwenen in hun geheel met gifgroen netje en al. Een lezer tipte me het touwtje door een limonaderietje te halen. Dan lukt ophalen niet meer, terwijl de vetbol nog even erg wiebelt – geen kauw kan eropzitten.…
Al sinds mijn kindertijd maak ik lijstjes. Tegenwoordig zijn het doe-lijstjes, want ik heb altijd veel te doen. Ik kan er activiteiten op wegstrepen, wat voldoening geeft. De hobbylijstjes uit mijn kindertijd gaven ook voldoening.
Hop, Foto Koos Dijksterhuis, inzet Jeanette Essink
Er landde een keep in mijn elektronische postbus, gestuurd door regelmatige foto-stuurder Meint Mulder. Hij had de keep in zijn tuin gekiekt, de bofkont.
Als kind zag ik kepen in de tuin van mijn ouderlijk huis in Amersfoort. Amersfoort ligt aan het bos. Kepen zijn bosvogels. Ook bij ons huisje op Schiermonnikoog zie ik ze weleens. Ze eten er de zaadjes uit elzenproppen en ze eten van de knoppen van vogelmuur en andere onkruidjes in het gras. Nog meer houden kepen van beukennootjes. Als er bij ons veel beukennootjes zijn, kunnen de kepen die onderweg uit Scandinavië ons land passeren, hier blijven plakken. Het is nu een goed mastjaar, dus wellicht blijven er meer kepen overwinteren dan anders. Er overwinteren altijd kepen, maar hun aantal verschilt sterk. Er blijven na de winter trouwens vaak een paar kepen in Nederland overzomeren. Soms gaan ze dan zelfs broeden en zijn er zingende mannetjes te horen en te zien, in vol zomers ornaat: oranje met zwart.…