Tadutadutadu

Tadutadutadu

Bonte vliegenvanger Foto Jeanette Essink
Bonte vliegenvanger. Foto Jeanette Essink

De bonte vliegenvangers druppelen binnen. Als jonge vogelaar zag ik ze nooit, al struinde ik nog zo vaak door het bos. Tegenwoordig zijn ze er meer, dankzij immigratie uit Midden-Europa en een groter aanbod van holle bomen en nestkasten.

Bonte vliegenvangers wonen in West-Afrika maar spenderen voor hun voortplanting de zomer in Europa, waar dan een breed aanbod van insecten is. Ze verblijven in de bossen, of trekken door naar Scandinavië. Zoals veel zangvogels laten ze zich meer door hun geluid opmerken dan door hun verschijning. Een bonte vliegenvanger zingt een herkenbaar liedje dat eerst een keer of drie op en neer tettert: ‘tadutadutadu’, waarna een korte triller volgt en een paar zwiepers. Een watervalletje noemt vliegenvangeronderzoeker Christiaan Both van de Rijksuniversiteit Groningen dat slotakkoord. Ook de alarmkreet is herkenbaar: een herhaald, scherp ‘bit bit bit’. Dit is deel 24 van mijn vogelzangreeks.

Een paar weken na de bonte vliegenvangers arriveren de grauwe. Die zingen een zacht en hoog ‘tsie’, nauwelijks hoorbaar voor oude oren. Gelukkig laten ze zich ook zien. Beide soorten maken vanuit een uitkijkpost in een boom of op een paal korte fladdervluchtjes, om insecten te grazen te nemen. Grauwe vliegenvangers zijn grijs, bonte zwart-wit. De bonte vliegenvangers die in Nederland broeden zijn trouwens lang zo zwartwit niet als hun soortgenoten die doorvliegen naar Scandinavië.

Dat doorvliegen zouden ze beter kunnen doen, blijkt uit Boths onderzoek. Als je ze vangt en naar Zweden brengt, komen ze daar aan als de rupsenpiek nog moet beginnen en brengen ze meer jongen groot dan in Nederland, waar ze de klimaatverandering en vroegere rupsenpiek maar net kunnen bijbenen. Maar het trekgedrag van de vogels is genetisch bepaald en verandert niet zomaar. Nederlandse en Zweedse vliegenvangers zingen ook anders. Uit Nederlandse eieren die naar Zweden worden verplaatst, komen kuikens die tussen Zweedse vliegenvangers opgroeien en een tussenvorm zingen. Ze leren Zweeds met een sterk Nederlands accent.

Het vliegenvanger-onderzoek is te volgen op https://bontevliegenvanger.web.rug.nl/

(Natuurdagboek Trouw, dinsdag 22 april ’25)

 

DELEN

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *