Globetrotters onder de vlinders

Laatst waaide er gedurende enige dagen een stevige zuidenwind. In die harde wind zag ik weinig vlinders. Nu is het toch al een bedroevend slecht vlinderseizoen, en alleen op beschutte plekjes zag ik kleine vossen en andere vlinders: witjes, dagpauwogen, bonte zandoogjes en een kleine vuurvlinder. Verder niks.
Tot ik ineens boven op een zeer winderige dijk twee vrij grote vlinders zag, met zwart, wit en oranje. Distelvlinders!
Distelvlinders komen in de lente vanuit het zuiden aan gevlogen. In sommige lentes kunnen dat er ontzettend veel zijn, meestal komen er minder, dat verschilt sterk. De komst van deze twee was vast en zeker te danken aan de zuidenwind. Later zag ik nog verschillende distelvlinders.
Distelvlinders zijn er nochtans op alle continenten behalve Australië en Antarctica. ‘Onze’ distelvlinders komen uit Noord-Afrika. In het vroege voorjaar kruipen ze uit hun pop en weldra begeven ze zich noordwaarts. Pas in de zomer geven ze zich over aan paringen en ei-afzet. Ze hebben dan hun bestemming bereikt. Hoe ver noordelijk ze komen, hangt mede af van de wind.
Ik herinner me 2019 als extreem goed distelvlinderjaar. Ik was op Schiermonnikoog en het eiland werd zowat bedolven onder de distelvlinders. Schier ligt al noordelijk voor zo’n Afrikaanse soort, maar ik zag er ook eens een op IJsland, waar officieel niet eens dagvlinders voorkomen.
In een goed distelvlinderjaar hebben de dieren op hun reis uit Afrika weinig tegenwind en tegenslag gehad; ze komen dan met vele en planten zich voort. In de nazomer is de nieuwe generatie present en kan het wemelen van de distelvlinders, zoals ik op Schier meemaakte. Als het een zonnige zomer wordt, kan dat nu weer gebeuren. De vlinders houden van zon en van vele bloemen, al zie ik ze relatief veel op slangenkruid. Hun eitjes zetten ze af op onder meer distels. In de herfst keren de volwassen vlinders terug naar het zuiden, hoewel terug niet helemaal klopt, want ze zijn er nooit geweest. Ze doen er minstens twee generaties over om heen en weer te reizen. Daarmee zijn distelvlinders vergelijkbare globetrotters als monarchvlinders.
(Natuurdagboek Trouw, maandag 16 juni ’25)