
Stop in het zicht van een toutouwai een meelworm in een doosje, leg het doosje open neer en het vogeltje pikt de meelworm eruit. Een toutouwai is een zangvogel in Nieuw-Zeeland. Afgezien van zijn niet-rode borst lijkt hij op onze roodborst. Daarom zijn de vogels door Engelstalige immigranten New Zealand-robin gedoopt, Nieuw-Zeeuws roodborstje. Maar vanwege hun niet-rode borstjes noemen wij ze liever Nieuw-Zeeuwse vliegenvanger. Toutouwai is hun oudste naam, in de taal van de Maori’s .
Toutouwais komen alleen in Nieuw-Zeeland voor en wel in twee verschillende soorten, waarvan er één ook nog bestaat uit twee ondersoorten. Dat heb je op een eilandenrijk – gescheiden populaties en een snelle evolutie tot aparte soorten.
Dat zo’n vogel een meelworm uit een doosje pikt, lijkt logisch. Nu blijkt daar meer wiskundig talent achter te zitten dan doorgaans door mensen aan vogels wordt toegedicht. De biologen Alexis Garland and Jason Low van de Victoria-universiteit in Wellington stopten in het zicht van een toutouwai twee meelwormen in een doosje. Vervolgens pikte de vogel beide meelwormen op. Haalden de biologen heimelijk één van beide getoonde meelwormen weg, dan bleef de vogel rond het doosje hippen en ertegenaan pikken. Alsof hij dacht: er waren er toch twee, waar is die andere gebleven?
Als toutouwais vantevoren zien dat er één worm in het doosje wordt gestopt, zoeken ze niet verder. Alleen als ze zien dat er twee wormen in het doosje gaan, maar zelf vinden ze er maar één, blijven ze zoeken. Dat bewijst dat Nieuw-Zeeuwse vliegenvangers kunnen tellen, op zijn minst tot 2.
De biologen beschreven hun onderzoek onlangs in het tijdschrift Behavioural Processes. Of Nederlandse roodborstjes en vliegenvangers even goed kunnen tellen, weet ik niet.
(Natuurdagboek Trouw maandag 24 nov. 2014)