Breekbaar slakkenhuis met angel

Trapgeveltjes zijn één van de elegantste slakkenhuisjes die op het strand te vinden zijn. Wenteltrapjes zijn ook prachtig en eveeens op het strand te vinden, maar een heel andere soort. Op Schiermonnikoog zocht ik als kind slakkenhuisjes in het gruis en het grut dat na aflandige wind met eb op het strand lag. Alikruiken waren talrijk, glanzende tepelhorens iets minder, fuikhorens hadden genoeg status om meegenomen te worden, van penhorens werd ik blij, maar de trofeeën waren wenteltrapje, spoelhoren en trapgeveltje.
Nu vind je veel minder slakkenhuisjes op het strand. Dat komt doordat er een jaar of vijftien kleine heremietkreeften zijn gearriveerd. En die gebruiken lege slakkenhuisjes als draagbaar onderkomen. De kreeftjes leefden voorheen zuidelijker maar zuidelijke soorten verhuizen noordwaarts. En het zijn er niet zomaar een paar! Als het eb is, blijken de verste poelen en binnenzeeën te wemelen van de heremietkreeftjes. Overal hollen slakkenhuisjes over de bodem.
Laatst zagen we er één zonder slakkenhuisje. Het arme dier rende in zijn blootje van slakkenhuis naar slakkenhuis, maar alle huisjes waren bezet. Zonder slakkenhuisje is een heremietkreeft verloren, hij heeft geen pantser, zoals andere kreeften. Wellicht was zijn slakkenhuis veroverd door een soortgenoot, de kreeftjes knokken vaak. Dan knijpen ze elkaar met hun schaartjes.
Wie trapgeveltjes wil vinden, kan beter in diepe binnenzeeën zoeken dan in aangespoeld gruis. Maar leeg zijn ze nooit, er zit altijd zo’n kreeftje in.
Zo slank, klein en breekbaar als trapgeveltjes eruitzien, zo geducht zijn ze. De beestjes hebben een gemene angel waarmee ze andere zeedieren steken en verlammen. Ze jagen vooral op wormen. U hoeft als badgast niet bang te zijn voor een steek, trapgeveltjes leven op minstens tien meter diepte.
(Natuurdagboek Trouw vrijdag 15 aug. 2014)