Van vier naar zeven kippen

Van vier naar zeven kippen

De 3 nieuwe kippen Foto Varja Dijksterhuis
De 3 nieuwe kippen. Foto Varja Dijksterhuis

Elke ochtend voeren we de kippen, en elke avond sluiten we hun hok, als de kippen op stok gaan. Overdag scharrelen ze buiten rond. Ach, die kippen…

We hadden er vier: twee wit met grijs gemarmerde en twee roodbruine. Er kwamen drie kippen bij, op oudejaarsochtend, even na de egel zich meldde. Terwijl ik me over die stekelige logé ontfermde, wandelde geliefde met de hond. Ik wilde net koffie inschenken toen de telefoon ging: geliefde. Of ik met een grote doos die dicht kon naar haar wilde fietsen. Ze had twee kippen gevonden, ver buiten de bebouwde kom, en van de dichtstbijzijnde boerderij. Ze waren vrij tam. Ze zaten in een braamstruik onder een elzensingel, maar we wisten ze in de doos te krijgen. In de buurt lag ook een kartonnen doos: verregend en in stukken gescheurd. Kippen dumpen, wie doet zoiets? Op oudejaarsdag, of misschien eerder. In de elzen zat een buizerd. Er komen daar ook vossen en marters voor. Ik zat al met de nieuwe kippen op de fiets en wou net terugfietsen, toen geliefde een derde kip ontdekte. Bijna was die alleen achtergebleven.

Drie kippen erbij, alle drie roodruin; iets lichter dan de onze. Ze zijn ook wat kleiner, magerder en verfomfaaider. Thuis liet ik ze in het oude kippenhok, waar ze op de geserveerde meelwormen aanvielen. De hond keek er verwonderd naar: nog meer van die beesten? De vier kippen die we al hadden negeerden de nieuwkomers, op één na, die door het gaas een krachtmeting aanging met de alfa uit het nieuwe trio. Met gestrekte halzen sprongen ze tegen elkaar op. Nog maar even gescheiden houden dus.

Op 3 januari hadden de nieuwe één ei gelegd. Ik liet ze loslopen en ze marcheerden zacht kakelend met me mee. Ik hield de oude vier in het grote hok, zodat de drie nieuwelingen het buitengebied van honderd vierkante meter voor zichzelf hadden. Ze hebben urenlang rondgescharreld. ’s Avonds zetten we ze bij de andere kippen en ze kwamen zonder veerscheuren de nacht door. Het was rond het vriespunt en er lag wat sneeuw, maar ze hipten alle zeven naar buiten. Ze blijven uit elkaars buurt, maar ’s avonds zitten ze bij elkaar op stok. Hopelijk sluiten ze vriendschap.

(Natuurdagboek Trouw, donderdag 9 januari ’25)

 

DELEN
Reacties zijn gesloten.