Pitrus voor twee euro per pol

Als je een natuurbeheerder op de kast wil jagen, moet je over pitrus beginnen. Pitrus vormt grote, taaie pollen van gladde, harde, puntige sprieten, met een zijwaarts groeiend pluimpje van gele, in de herfst bruine bloempjes. Pitrus is een rus, en russen zijn een familie van planten die op grassen lijken, maar geen grassen zijn. Pitrus doet het goed op verstoorde bodems. Voormalige landbouwgrond is meer verstoord dan welke bodem ook, en bovendien meestal verzadigd van stikstof. Als zulke grond teruggegeven wordt aan de natuur, verandert ie vaak rap in een pitrussenveld. Natuurbeheerders willen tegenwoordig hun terreinen openhouden en om niet te hoeven maaien, zetten ze vee in. Dat vee vreet bijna alles, behalve pitrus.
Ik zag eens een beheerder op een zitmaaier. Hij wilde een pol pitrus maaien, maar bleef steken in de taaie halmen. Hij draaide in de rondte op zijn machine, en de pitrus bleef staan. Er zijn ook natuurbeheerders die de boel de boel laten en de rus met rust. Uiteindelijk worden de pitrussen dan overschaduwd door boompjes en trekken ze zich enigszins terug.
Onze nieuwe tuin staat deels vol pitrus. Omdat pitrus van verstoorde grond houdt, zullen de planten wel terugkomen, maar ik graaf ze nu toch uit. Een hels, maar bevredigend karwei. In sommige pollen hangen geelzwart gestreepte tijgerspinnen en ik vind drie nestjes van die soort aan pitrushalmen. Die pollen laat ik staan.
Op internet zie ik pitrus voor 3 euro en 99 cent per pol te koop staan. Liefhebbers van dit siergras dat geen gras is hadden ze bij mij gratis mogen uitgraven, maar dat heb ik intussen zelf al gedaan. Ze liggen nog op een stapel en wie snel komt, mag ze voor twee euro per pol.
Die pitrus is een teken dat de bodem van onze tuin zuur en bemest is. Mijn oude tuintje huisvest na tien jaar verschralen steeds meer bloemen. Nu kan ik opnieuw beginnen. Ik popel.
(Natuurdagboek Trouw, donderdag 26 oktober ’23)