Tropisch zaad drijft uit Amerika naar Nederland
Zoon en ik lopen over het strand van Schiermonnikoog van paal 7 naar paal 5. Het is springvloed. De strook strand vlak langs zee is bedekt met rupsbandensporen. Die zijn van een zeefmachine. Daarmee veegt Rijkswaterstaat kilometers strand op, om de paraffine eruit te zeven.
Er zijn sinds die zeef er de vorige dag voorbijkwam weinig schelpen maar des te meer nieuwe paraffineklonten aangespoeld. De viezigheid vormt een gele vloedlijn. We passeren een andere vader met een andere zoon. Die zoon vraagt wat dat voor klonten zijn. “’Oesters’, zegt zijn vader”, gniffelt mijn zoon, die scherpere afluisteroren heeft dan ik.
Tussen de paraffinebrokken liggen drinkwaterflesjes. Er wordt wat water naar de zee gedragen! Verder vinden we shampoflessen, melkpakken, rugschilden van inktvissen en een heleboel kwallen: oorkwallen en blauwe haarkwallen De verse liggen erbij als drilpuddingen, de oudere als ingedroogde zandpannekoeken.
We stappen stevig door omdat we voor sluitingstijd nog even bij het schelpenmuseum willen langsgaan. Ineens bukt zoon, hij raapt iets op en laat het me zien. Het is een drijfzaad, rond als een dikke knoop, bijna drie centimeter in doorsnee. Net op tijd zijn we bij het schelpenmuseum waar uitbater Thijs de Boer in een staat van opwinding raakt. Zoeen heeft hij nog nooit gevonden op Schier! Wel op de Antillen, waar ze gelakt en als sieraad gedragen worden.
Het is een paardenoogboon, één keer eerder op Schier gevonden, in 1955 door Wim Vader. Het is een drijfzaad uit tropisch Amerika. Kokosnoten zijn ook tropische drijfzaden. Kokosnoten spoelen soms aan nadat ze van een schip vallen. Paardenoogbonen worden (nog) niet verhandeld in Europa, maar drijven soms de hele oceaan over. Bijzondere vondst!
(Natuurdagboek Trouw donderdag 16 juni 2016)