Stijlvolle herfsttijloos
In de nazomer drukken altijd verschillende gebeurtenissen me met mijn neus op het feit dat de herfst voor de deur staat. De eerste vallende eikels, nog groen, geven een schok: is het alweer zover? Ook de eerste bloeiende herfsttijloos, al lila, geeft zo’n schok.
Afgelopen weken staken de eerste tijlozen hun bloemen uit de grond. Het zijn een soort krokussen, die in de lente blad vormen, maar pas (of al) in de herfst bloeien. Ik vind herfsttijlozen stijlvolle bloemen. Er zijn twee soorten, en de soort die door bloemisten verkocht wordt, is een bolgewas dat je in de vensterbank kunt leggen. Daar komt ie zonder aarde, zonder water tot bloei. Deze tijloos wordt dan ook droogbloeier genoemd.
Gekke naam: tijloos. Met eb en vloed zal het niet te maken hebben. Op internet lees ik dat het tijloze verwijst naar de bladloze bloei. Dan zou tij blad betekenen, of toch zoiets als aankleding. Daarover kan ik niets vinden. Het Etymologisch Woordenboek geeft een andere verklaring. Omdat deze plant een half jaar voor (en na) zijn groei tot bloei komt, is het een tij(d)loze plant.
Herfsttijloos vormt minder bloemen per bol dan droogbloeier, maar houdt zijn bloemen langer toonbaar. Beide soorten zijn oorspronkelijk afkomstig uit Klein-Azië en/of de Kaukasus, een streek waar West-Europa veel plantaardigheden aan dankt.
Herfsttijloos is een van de planten waarvan algauw iemand waarschuwt dat ie giftig is. Dat is waar, maar dat geldt ook voor voorjaarskrokussen, waar nooit voor wordt gewaarschuwd. Gelukkig ken ik niemand die geneigd is tijlozen te eten.
In het wild zijn herfsttijloos en droogbloeier op hun retour, maar in tuinen zijn ze algemeen. En terecht, want ze geven kleur aan de herfsttuin. Als ze in de vensterbank uitgedroogbloeid zijn, kunnen ze op half beschaduwde plekken in de grond of het gras geduwd worden, waar ze na een half jaar blad vormen en na een heel jaar weer bloeien.
(Natuurdagboek Trouw donderdag 3 september ’20)