In de voetbalsport zijn hoefijzervormige halsbanden geïntroduceerd, niet om geluk af te dwingen, maar om hersenletsel te voorkomen. De halsband zou stevig om je nek zitten, en je hoofd beschermen tijdens botsingen. Toch lijkt het bedrijf Q-30 met deze Q-kraag een gat in de markt te hebben gevonden. Hopelijk werkt ie niet averechts!

Het bedrijf keek naar eigen zeggen de kunst af bij spechten. Die zouden een stierennek hebben, om de klappen op te vangen. Dat is kletskoek. Voor mijn boek over de zwarte specht, de grootste timmeraar aller vogels, sneed ik een dood exemplaar open. Een zwarte specht heeft wel sterke nekspieren, maar niet om klappen te absorberen. Integendeel, die zijn er om zo hard mogelijk te hameren. De vogel heeft zelfs een dunne nek, om extra hard met zijn kop te zwiepen. De dreunen die zo’n vogel duizenden keren per dag kan uitdelen, zijn tien, twintig keer zo krachtig als een kopbal.

Over (zwarte) spechten wordt in natuurboekjes vaak beweerd dat de vogels hoofdpijn vermijden, door hun tong als een bromfietshelm over hun schedel te draperen. Onzin. Ze draperen hun tong daar wel, maar alleen omdat die tong zo lang is en ze hem ergens kwijt moeten, als ze hem niet uitsteken om mieren mee te vangen. Een helm zou trouwens alleen helpen als ze met hun schedel zouden rammen. Maar dat doen ze niet, ze hakken met hun zeven centimeter lange ondersnavel, die als een keiharde beitel zelfs levend eikenhout versplintert. Via de onderkaak gaat de schok door het hele lijf terug de boom in. Eerst vangt de ribbenkast hem op – de bovenste ribben zijn twee keer zo dik als die van andere, even grote vogels. Vervolgens gaat de schok de staart door. Het staartbeen is twee keer zo breed als dat van andere vogels. De specht leunt zwaar op zijn staart, waarvan de veerpunten snel slijten.

Als een voetballershalsband op een spechtennek is gebaseerd, werkt ie vast averechts!

(Natuurdagboek Trouw donderdag 3 augustus ’23)