“Plop!”

“Plop!”

Niet-blauwe heikikker Foto Koos Dijksterhuis
Niet-blauwe heikikker. Foto Koos Dijksterhuis

Ten noorden van Assen lopen geliefde en ik het Balloërveld op, een heide bij Ballo. Meteen hoor ik een geluid dat in mijn hoofd een alarmbelletje doet afgaan. Wat is dat ook alweer? Het doet me denken aan een geluid uit mijn Pakistaanse tijd.

Ik werkte in Pakistan onder andere in een onderzoek naar grondwater. Mijn Pakistaanse collega’s en ik boorden meters lange, poreuze buizen de grond in. Door zo’n buis maten we de grondwaterstand. We lieten een omgekeerd eierdopje van staal zakken aan een meetlint. Op het moment dat het eierdopje het water raakte, hoorden wij ‘plop’ en wisten wij hoe diep het water zat. Een dergelijk plop-geluid hoor ik nu weer.

We sjouwen verder, zien baltsende graspiepers, zingende veldleeuweriken en roodborsttapuiten in hun rood-wit-zwarte verenkleed. We worden omringd door zandbijen en zandloopkevers en horen in de verte een raaf krassen. Onderwijl dringt het tot me door aan wie we dat geplop danken: heikikkers.

Heikikkers zijn kikkers van vochtige venen. Ze hebben vlekken en een rugstreep. Ze zijn bruingroen, behalve in de paartijd. Dan worden de mannetjes staalblauw. Vrouwtjesheikikkers vinden blauwe mannetjes onweerstaanbaar. De mannetjes blijven maar een paar dagen blauw. In die dagen moet het dril worden afgezet en bevrucht. En tegelijk met die blauwe huid krijgen de mannen de neiging om van zich te laten horen. Ze krijgen the blues!

Hun blauwe dagen vieren ze eind maart. Het is nu eind maart, en ik zou graag blauwe heikikkers zien. Ik heb wel eens heikikkers gezien, maar blauwe nog nooit.

Een kilometer of vijf verder hoor ik het weer. Ik zie water glinsteren achter pollen pijpestrootje en loop erheen. “plons, plons, plons.” Kikkers dus ja, maar nu zijn ze weg. Heikikkers zijn schuwer dan groene kikkers. Even verder sluipen we als indianen naar het volgende geplop. Ja daar zit er één. Steeds meer heikikkers zien we. Maar ze zijn bruin met groen, zoals ze 360 dagen per jaar zijn… Maar dan, ja: een blauwe kikker! En nog één!

Thuis trekken we een fles open. “Plop.”

(Natuurdagboek Trouw woensdag 29 maart 2017)

DELEN
Reacties zijn gesloten.