Hemelgeitje
Op trek naar het noorden zijn ze gemakkelijk te vinden en te zien, ondanks hun schutkleur. Vaak slaat een watersnip krassend op de vlucht als je in de buurt komt. Soms blijken er dan langs rietkragen en andere ondiepe oevers bij nadere inspectie tientallen watersnippen te dutten. Bruingestreepte waadvogels met een lange snavel.
Voordat de landbouw een industrie werd, waren watersnippen talrijke broedvogels in Nederland. Ze broedden op hooilanden op veengrond, met modderpoelen in de buurt om eens lekker met die snavel in te roeren. Zulke hooilanden zijn er nu alleen nog in natuurreservaten.
De watersnippen op doortrek broeden in IJsland en Scandinavië. Slechts een handjevol broedt nog in Nederland. Geliefde en ik struinen door het beekdal van de Drentse A, als we ineens het flapperende geluid horen van een baltsende watersnip. Baltsen en broeden horen bij elkaar en dat geweldige geluid is zeldzaam geworden.
Als watersnippen baltsen, vliegen ze wijde rondes en achtjes boven hun broedgebied, waarbij ze afwisselend opstijgen en diagonaal neerduiken. Tijdens de duik is hun snavel naar beneden gericht en wapperen ze met hun buitenste staartveren. Die flapperen in de wind en dat maakt het karakteristieke geluid. Het doet een beetje denken aan gemekker en daarom worden watersnippen hemelgeitjes genoemd.
Vorig jaar hoorden we er één in de Hoge Venen, in de Ardennen, en ooit heb ik ze wel eens bij de Drentse A horen en zien hemelmekkeren, maar dat is jaren geleden. Ik ben dus verrast en opgetogen. Als we ooit toch eens de collectieve wijsheid krijgen om onze leefomgeving niet langer grotendeels te steriliseren, dan zouden watersnippen vanuit reservaten als dit misschien het land heroveren. En kunnen onze kleinkinderen weer genieten van die verloren weelde.
We horen hem even, daarna een tijdje niet en vervolgens weer wel. We turen de witte wolkenlucht af en eindelijk ontdekken we het flanerende bolletje met de lange snavel. Op en neer, met flapperende staartveren: “wawwawwawwawwaw”. Prachtig, wat een spektakel, wat een heerlijk geluid!
(Natuurdagboek Trouw donderdag 30 maart 2017)