Er zit een nachtvlinder op het raam. Er zitten wel vaker nachtvlinders op het raam, als het buiten donker en binnen licht is. Nachtvlinders zijn zo gek op licht, dat ik me vaak afvraag waarom ze niet overdag actief zijn. Maar nee, nachtvlinders maken van de dag een nacht.

Of de nachtvlinder in kwestie naar binnen wil, weet ik niet. Hij kan toevallig op het raam zitten, misschien zit het wel lekker op het koele, gladde glas. De zon is weliswaar onder, maar binnen is het donkerder dan buiten. Ik heb geen lampen aan, dus op het licht kan hij niet zijn afgekomen.

Ik schrijf hij maar ik vermoed dat het een zij is, vanwege dat dikke lijf. Een van eitjes zwangere dame is vast dikker dan een man. Het lijkt me een spanner vanwege de gespreide vleugels en een stipspanner vanwege de stippels op de vleugels, maar stipspanners zijn volgens mijn nachtvlindergids veel slanker. Voor de zekerheid zet ik hem op waarneming.nl waar hij (v) als grijze stipspanner geïdentificeerd wordt. Dus toch.

Behalve de stippen hebben grijze stipspanners vaak een donkere band over hun vleugels, waarvan bij het onderhavige individu alleen de contouren te zien zijn: twee golvende lijnen, evenwijdig aan elkaar.

Grijze stipspanners zijn zeer algemene vlinders die van een beetje warmte houden Ze fladderen rond tijdens zomerse nachten en zijn in Zuid-Europa algemener dan in Noord-. Op de camping in Frankrijk kunt u ze rond de nachtlampen zien fladderen. In zuidelijke landen houden ze het vol tot in de herfst, als een volgende generatie zich verpopt heeft.

Voor ze zich verpoppen eten de rupsen zich vol, zoals dat rupsen betaamt. Stipspannerrupsen eten het liefst paardebloemen en zuring, geen planten wier lot menig tuinierder zal betreuren. De rupsen bewegen zich knagend voort, waarbij ze hun achterlijf telkens intrekken tot een hoepeltje, om vervolgens hun voorlijf te strekken als volgende stap.

(Natuurdagboek Trouw dinsdag 11 juli 2017)