Een plant voor vlinders en bijen

In mijn tuin bloeit Jacobskruiskruid. Wat een geweldige insectenplant is dat toch. Als ik buiten koffiedrink, zie ik vier vlindersoorten op de gele bloemen plaatsnemen en nectar slurpen: groot koolwitje, klein koolwitje, Icarusblauwtje en hooibeestje. Aard-, akker- en steenhommels zoemen er de hele dag omheen, honing- en andere bijen zitten erop, evenals allerlei soorten zweefvliegen. Ook andere vliegen zijn gek op Jacobskruiskruid.
Helaas heb ik in mijn tuin nog geen Jacobsvlinders gezien, die schitterende rood-zwarte vlinders die hun eitjes afzetten op Jacobskruiskruid. Daaruit komen de geel-zwart-gestreepte rupsen die de planten volledig kunnen opeten. Ik ben van plan een paar van die rupsen naar mijn tuin te brengen, maar dan moet ik ze eerst vinden.
Jacobsrupsen worden niet door vogels gegeten. Waarschijnlijk deinzen vogels terug voor hun tijgerstrepen. Wespen hebben het auteursrecht op dat kleurenpatroon, dat iedereen associeert met hun pijnlijke steek. Veel angel- en tandenloze insecten imiteren het en hebben zo baat bij het afschrikwekkende effect zonder zelf gevaarlijk te zijn.
Jacobsrupsen bijten niet en steken niet en hullen zich ook niet in irriterende haren; ze hebben een zacht lijfje dat zich bij aanraking oprolt. Toch is het eten van deze rupsen sterk af te raden, want de rupsen zijn giftig. Ze nemen het gif op uit hun waardplant. Jacobskruiskruid brouwt zijn gif als verdediging tegen planteneters. Koeien en paarden zouden er buikpijn van krijgen en grazen er altijd omheen. Maar Jacobsrupsen hebben geen last van het gif. Ze slaan het op en houden er merels mee van hun lijf.
Het vergif van Jacobskruiskruid krijg je niet binnen via nectar en stuifmeel, en daar maakt een enorme hoeveelheid insecten gebruik van. Jacobskruiskruid is één van de beste insectenplanten. En wie toch van de planten af wil, hoeft alleen maar Jacobsrupsen binnen te halen. Die vind je op andere Jacobskruiskruiden.
(Natuurdagboek Trouw woensdag 18 juli ’18)