Zaad uit zee

Zaad uit zee

Drijfzaad Kemirinoot Aleurites moluccana. Foto Koos Dijksterhuis
Drijfzaad Kemirinoot Aleurites moluccana. Foto Koos Dijksterhuis

Op het strand van Schiermonnikoog ligt een houtig, half bolletje. Was het een heel bolletje geweest, dan zou het zo groot zijn als een pingpongbal. De kleine, bruine halve bol heeft een geribbelde structuur. Het lijkt me een drijfzaad.

Zaden die zich vooral door zeewater laten vervoeren zijn er in Nederland niet veel, maar tropische drijfzaden zijn er des te meer. De kokosnoot is de bekendste. Kokosnoten spoelden vroeger soms massaal aan op de Nederlandse kust, dan was er een lading overboord geslagen.

Er worden vele tropische gewassen gegeten, waaronder vruchten, zaden en noten. Die kunnen per schip vervoerd, en in scheepskeukens bereid worden. Ook zeebonken houden van lekker eten en anders zijn er wel cruiseschepen waarop de duizenden passagiers dagelijks een exquise maal verwachten. Daarbij komt de recente mode om voor overledenen bloemen en zaden aan zee te offeren. De herkomst van de halve bol-noot kan dus overal ter wereld liggen.

Ik weet er weinig van en ga te rade bij ’s lands drijfzadenkenner Gerhard Cadée. Die woont op Texel, heeft in zijn leven de gekste aanspoelsels gevonden en maakte samen met Christophe Brochard een boekje over drijfzaden.

Ik stuur hem foto’s, waarop hij antwoordt: ‘een zaad dat ik niet eerder gezien heb van onze kust: Aleuthrites mollucana.’ Hij citeert uit de World guide to tropical drift seeds and fruits van Gunn & Dennis dat die candle nuts vanuit Azië overal in de tropen zijn aangeplant, vanwege de waardevolle olie die ze bevatten en die in olielampen werd gebruikt.

Op internet lees ik dat deze kemerinoten in trek zijn in de Indonesische keuken. Is er een Indonesische kok langs het eiland gevaren? Cadée blijkt een paar kemerinoten te hebben, uit de Seychellen, allemaal met een vrucht eromheen. ‘In die toestand kunnen ze niet drijven maar zonder het groene omhulsel kunnen ze dat wel. Dus zou het toch een echt drijfzaad kunnen zijn.’

(Natuurdagboek Trouw, woensdag 1 november ’23)

 

DELEN
Reacties zijn gesloten.