Wat is er leuk aan natuur?

Zaterdag 1 november vindt in de bibliotheek van Groningen literair festival het Grote Gebeuren plaats. Daar ga ik heen. Sterker nog: als natuurschrijver van Trouw word ik er geïnterviewd en mag ik voordragen uit eigen werk. Daar moet ik een feestje van zien te maken, ik ben bloednerveus. Wel heb ik een paar natuurdagboeken opgeduikeld die me geschikt lijken. Korte verhaaltjes uit de natuur.
Ze vragen vast wat er zo leuk is aan natuur. Met de wedervraag “Wat niet?” kom ik niet weg. Maar wat is er dan zo leuk aan de natuur? En waarom zou het erg zijn dat plant- en diersoorten uitsterven? Is een parkeerplaats vol auto’s niet even mooi als een veld vol bloemen? Nou, ik vind van niet, maar wie dat vindt, moet beslist naar een parkeerplaats gaan en niet de natuur in.
Zonder natuur is er geen leven, natuur is leven, natuur is nodig voor ontspanning, natuur heeft genezende eigenschappen, natuur levert alles wat de mens nodig heeft.
Maar is dat het wat mij tot natuurliefhebber maakt? Nee, ik weet alleen dat ik me fijn voel in een woest en ledig landschap, dat ik vrolijk word van bosanemonen en oranjetipjes en dat een koerende duif, een zingende leeuwerik en een neuriënde spreeuw me blij maken. En wat blij maakt, daar kun je beter zuinig op zijn.
Duiven, spreeuwen en leeuweriken konden zich tot voor kort prima redden in de buurt van de mens. Het raakvlak tussen mens en dier, tussen cultuur en natuur vind ik fascinerend. Daarom houd ik van het stokoude, soortenrijke cultuurlandschap en vallen de vele menselijke eigenschappen van dieren me op. Daar schrijf ik graag korte verhaaltjes over. Die ik morgen voordraag.
(Natuurdagboek Trouw vrijdag 31 okt. 2014)