Tip: laat rupsen uw pinksterbloemen maaien!
De bloei van pinksterbloem en look-zonder-look is op zijn hoogtepunt. Look-zonder-look heet look omdat het naar ui ruikt en heet zonder-look omdat het geen familie van de uien is. Pinksterbloemen heten pinkster, hoewel ze slechts zelden tijdens Pinksteren uitbundig bloeien. Ze hadden beter paasbloem kunnen heten. Het is zelfs de vraag of ze dit jaar, met een laat begin van de lente en een vrij vroeg vallend Pasen en dus Pinksteren, tijdens dat weekend nog bloeien.
Mijn kleine tuin staat vol met zowel pinksterbloem als look-zonder-look, en dat betekent dat er oranjetipjes door mijn tuin dwarrelen. Dwarrelende oranjetipjes in de tuin kan ik iedereen aanbevelen, er is weinig dat zo’n vrolijk lentegevoel veroorzaakt als een oranjetipje!
Oranjetipjevrouwtjes zijn witjes met een gemarmerde onderkant. De mannetjes lijken hun witte vleugels in oranje verf te hebben gedoopt. Ze drinken nectar van allerlei bloemen, niet per se van pinksterbloem of look-zonder-look. Toch dartelen ze graag bij die bloemen rond, omdat hun potentiële minnaressen daar te vinden zijn. Die zetten na een paring hun eitjes af op die twee of op sterk aan hen verwante bloemen, zoals Judaspenning. En dan leggen ze één eitje per plant. Hun rups is een echt rupsje-nooit-genoeg, dat geen disgenoten duldt. Mocht de rups een ander oranjetipje-eitje tegenkomen, dan eet hij dat op. Oranjetipjes zouden dus wel gek zijn om een eitje te leggen op een pinksterbloem waaraan reeds een oranjetipje-eitje kleeft. Zij nemen dat waar, waarschijnlijk met hun fijne neusje, en mijden een reeds bezette plant.
Er is dus een waardplant per oranjetipje-eitje nodig; gelukkig heb ik er tientallen. De pinksterbloemen hebben zich verspreid naar gazons in de buurt, waar ze ijverig worden weggemaaid. De mensen lijken wel een hekel aan bloemen te hebben.
Oranjetipjerupsen kunnen dat maaiwerk voor u doen: ze eten hun waardbloem helemaal op. Ze lijken zelf op groene bloemsteeltjes. In de loop van juni kruipen ze naar struiken en bomen. Daarin overwinteren ze als pop.
(Natuurdagboek Trouw woensdag 9 mei ’18)