Parende juffers

Parende juffers

Paringsrad Foto Koos Dijksterhuis
Paringsrad Foto Koos Dijksterhuis

Boven het pad door de bosjes bij het Markizaatsmeer snorren grote libellen, langs het pad dwarrelen juffers. Juffers zijn de kleine libellen, die als ze neerstrijken hun vleugels boven hun rug samenvouwen. Grote libellen houden ze zijwaarts gestrekt. De meeste juffers die ik zie zijn blauw. Eén zo’n blauwe vliegt samen op met een groenige soortgenoot: een vrouwtje. Het zijn lantaarntjes, met een opvallend, lichtblauw eindsegment. Lantaarntjes zijn een van de talrijkste libellen van Nederland.

De beide lantaarntjes zijn zeer verknocht aan, om niet te zeggen verstrengeld met elkaar. Ze vormen een zogenoemd paringsrad, waarbij het mannetje zijn zaad deponeert in het vrouwtje. Daar gaat een heel voorspel aan vooraf.

Libellenvrouwtjes proberen mannetjes te ontwijken en af te schudden. Die mannen zien in iedere vrouw een lustobject en proberen haar met de twee grijpers aan hun achterwerk in hun nek te pakken. Als dat lukt, sleurt hij haar een tijdje mee door de lucht. Vervolgens stemt zij in met de paring, misschien om ervan af te zijn. Ze buigt haar lijf onder zich door naar voren en duwt haar geslachtsopening tegen de onderkant van de man. Diens geslachtsdeel zit weliswaar verder naar achteren, maar opdat vrouwlief erbij kan, heeft hij zijn zaad naar een opslagplaats vooraan overgeheveld. Alvorens haar zijn zaad te doneren schraapt hij haar even leeg, voor het geval ze al voorzien is.

De paring kan uren duren, waarna zij bezig gaat met het leggen van eitjes. Die zet ze af op drijvende plantaardigheden. Het mannetje is daar niet bij. Van veel libellen blijft de man er juist bij, om de wacht te houden. Dan patrouilleert hij boven haar of blijft haar al die tijd in haar nek vasthouden. Andere mannen, tot het laatste bereid zich te laten gelden, worden dan verjaagd, al lukt het een indringer soms een vluggertje af te dwingen.

Lantaarnmannetjes laten hun vrouwtje alleen, om achter andere vrouwen aan te kunnen jagen. Ze lopen dus het risico dat een andere man hun zaad wegbezemt.

(Natuurdagboek Trouw vrijdag 8 juni ’18)

DELEN
Reacties zijn gesloten.