Twee lezers melden dat ze een eekhoorn in hun tuin zagen. Eekhoorns zijn notoire tuinlieden geworden. En ze nestelen steeds vroeger.

Cor Hofstra zag een rode eekhoorn van het vogelzaad snoepen. De mezen hielden een veilige afstand. Zou ik ook doen als mees. Eekhoorns eten zo een nest eieren of jonge vogels leeg, dus een volwassen mees zullen ze ook best lusten.

Eekhoorns zijn schaars geworden in de bossen. Er heersten ziekten, er kwamen haviken en marters. Zag ik eekhoorns vroeger vooral in het bos, tegenwoordig zie ik ze vaker in woonwijken en huisjesparken. Het lijkt me daar met auto’s, katten en honden evenmin veilig. Wel is er voer in overvloed. Pindasnoeren en vetbollen. Mensen voeren eekhoorns graag. Wie wil er geen eekhoorn in de tuin? De eekhoorns raken over hun verlegenheid heen en laten zich vaker zien dan in het bos.

Eekhoorns werpen volgens de boeken twee keer per jaar jongen: in maart en in de zomer. Tegenwoordig beginnen ze in januari al. Of dat aan de stijgende wintertemperatuur ligt, is lastig te bewijzen, maar ligt wel voor de hand. Magda Bolt betrapte deze week al een eekhoorn op het verzamelen van mos. Het is een rode eekhoorn, al is zij (of misschien hij) voornamelijk grijs. Die zou zelf een nest gebouwd kunnen hebben van takken, maar waarschijnlijker heeft ze een eksternest opgeknapt. Met een voering van bladeren en mos wordt dat een prettige verblijfplaats.

Eekhooorns maken meerdere slaapnesten, maar vermoedelijk maakt Magda’s eekhoorn een nest voor haar jongen. Dat maakt haar definitief een zij. Als ze zo vroeg met een gezin begint, en er genoeg voedsel is, scharrelen er binnenkort misschien jonge eekhoorntjes door Magda’s tuin.

(Natuurdagboek Trouw woensdag 23 dec. 2015)