Muggenorchis in de duinen

Er bloeien duinmuggenorchissen op Schiermonnikoog. Niet veel, want duinmuggenorchissen zijn heel zeldzaam, zelfs in de weinige duinvalleien waar ze voorkomen. Er zijn er ongetwijfeld meer, maar in deze vallei vinden we er een stuk of tien. Het valt nog niet mee ze te vinden, want ze staan tussen de kattenstaarten op wie ze lijken. Bovendien beginnen ze uit te bloeien.
Ze hebben compacte bloei-aren, vol kleine bloempjes die dicht opelkaar groeien. En ze geuren. Als je je neus er vlakbij houdt en snuift, ruik je vanille.
‘Gewone’ grote muggenorchissen zijn al kieskeurig en komen alleen voor op kalkrijke gronden in Limburg en in blauwgraslanden. Dat zijn velden van blauwe zegge, een grassoort met een blauwgroene glans die gedijt op kalkrijk kwelwater.
Blauwgraslanden waren er ooit veel in Nederland maar worden vrijwel allemaal gebruikt als landbouwgrond, zijn ontwaterd of vervuild met mest. Blauwgrasland is verpletterend mooi, maar het is er bijna niet meer. Grote muggenorchissen zijn er ook niet meer op veel plekken, laat staan de ondersoorten van deze forse orchidee: de dichtbloemige en de nog zeldzamer duinmuggenorchis. Die soort bloeit op Schier, in juli en augustus. Voor orchideeën zijn duinmuggenorchissen laatbloeiers.
Als er duinmuggenorchissen groeien, moet het een bijzondere plek zijn. En dat is het, dankzij een hoog grondwaterpeil en een kalkrijke bodem. Natuurmonumenten organiseert soms berkentrekdagen waarop vrijwilligers er jonge berkjes en andere zaailingen van loofbomen uittrekken, zodat de vallei open en vochtig blijft. Er staan veel bijzondere planten, met de duinmuggenorchis als één van de vlaggenschepen.
Op duinmuggenorchissen strijken Sint-Jansvlinders graag neer, en die zorgen voor de bestuiving van de geurende bloemen. Het kan haast niet anders of Sint-Jansvlinders zijn dol op vanille.
(Natuurdagboek Trouw vrijdag 22 aug. 2014)