Kerstboom uit de Kaukasus
Vorige week schreef tuinvrouwe Nicolien van Doorn over de lastige keus waarvoor ze als kerstboomkoper stond. Ooit kocht je een kerstboom. Punt. Nu zijn er allerlei soorten. Zelfs vliegdennen doen mee. Ik heb op Schiermonnikoog eens takken van een vliegden geknipt bij wijze van kerstboom… Surrogaat, een kerstboom moet een spar zijn. Dat de blauwspar in zwang is als chique kamerboom, wist ik. Maar blauwsparren heeft onze buurtbomenhandel niet. ’s Mans bomen zijn groen. Allemaal sparren, met kluit in pot. De maten lopen uiteen en ook de kleurtjes van de plakkertjes bovenin. Geel kost 11 euro, rood 13. De gele zijn wel heel klein. De rode iets groter, maar niet veel. Ooit kocht ik kerstbomen voor vijf gulden, maar de euro maakte alles duurder.
Hé, daar staan grote bomen met rood plakkertje. Die hebben geen kluit. Daarom zijn ze ondanks hun formaat zeker van dezelfde, rode prijs. Ik hoef geen kluit, want dan vind ik het straks sneu de boom weg te doen en ik wil geen kerstbomen in de tuin. Zoon en ik zoeken een boom uit. Voor 1,50 spijkert de bomenman er een houten kruis onder. ‘Dat wordt dan 26,50.’ Hûh? ‘Ja, de kluitloze bomen hebben een afwijkende prijslijst. Het zijn Nordmannen, met zachtere naalden die minder gauw uitvallen.’ De boom is al gekruisigd dus durf ik niet terug te krabbelen. Het is wel de mooiste boom die ik ooit had, en nu laat ik hem minstens een maand staan, tot Driekoningen.
Nordmann-sparren groeien in de Kaukasus en kunnen 85 meter hoog worden. Geen Europese boom wordt zo hoog. Maar Nordmannen groeien langzaam en zijn daarom twee keer zo duur. Fijne kerstdagen gewenst!