De zuiverende duif

De zuiverende duif

Houtduif. Foto Jeanette Essink
Houtduif. Foto Jeanette Essink

Weinig vogels zijn zo gehaat als stadsduiven. Vliegende ratten worden ze genoemd. Maar duiven zijn fantastisch. Ze koeren en broeden het hele jaar door en zorgen zo voor een zomers accent in de winter. Rrroekeroekeroe, zegt de stadsduif, oe, oehoe, zegt de Turkse tortel; oehoehoe oehoe, zegt de houtduif.

Duiven hebben een krop. Daarin slaan ze voedsel op. Zo kunnen ze snel een heleboel graankorrels oppikken, bijvoorbeeld de oogstresten op buitenlandse akkers. In Nederland gebeurt dat alleen nog op akkers waar gesubsidieerde oogstresten liggen. En op en onder de voedertafel natuurlijk.

Hebben ze jongen, dan voeren duiven die met een in de krop bereid papje, duivenmelk genoemd, wat de rare naam van duivenmelkers verklaart. Dat zijn de enigen die duiven waarderen en zij verkeren in indrukwekkend gezelschap!

God Zelf is gek op duiven – geen dier wordt zo gewaardeerd als offer. Mede daardoor komt van alle dieren de duif het vaakst voor in de Bijbel: zo’n vijftig keer. De eerste duif bracht een takje naar Noach. Het Hooglied meldt een duive als geliefde. De Heilige Geest daalde volgens Lucas neer als duif, toen Jezus was gedoopt.

Duiven blijken in Leviticus 15 zelfs zuiverend te zijn voor mannen met vloed. Na een week van allerlei onthoudingen dient een man vlees te koken in levend water, melk misschien, en vervolgens twee jonge duiven of tortelduiven aan de priester te geven, waarna hij weer de oude is. Vrouwen kunnen zich op dezelfde wijze maandelijks van hun vloed zuiveren.

Niet alleen helpende, heilige en zuiverende duiven bevolken de Bijbel, ook de botte duif en de domme duif worden genoemd. Het is nou eenmaal een boek met voor elk wat wils.

(Natauurdagboek Trouw maandag 23 nov. 2015)

DELEN
Reacties zijn gesloten.