De geur van doornappelbloemen

De geur van doornappelbloemen

Doornappel. Foto Louis Stiller
Doornappel. Foto Louis Stiller

Laatst was ik bij mensen die een doornappel in de tuin hadden staan. Hij bloeide met grote, witte trompetbloemen. Ik rook eraan, maar ik rook niets. De avond verstreek, de zon ging onder, de schemer kroop de tuin in. De doornappel sloot zijn kelken niet. Weer rook ik eraan. Ja, ik rook een bloemengeur.

Lees Meer Lees Meer

DELEN
Tip: oranjetipjes

Tip: oranjetipjes

Oranjetipje. Foto Dhr. Gerben
Oranjetipje. Foto Dhr. Gerben

Als de zon schijnt en het niet hard waait, fladderen er boven de pinksterbloemen in mijn tuin vaak oranjetipjes. Als ik dan buiten zit, en de avondzon schijnt dwars door de lila bloemen en de wit-oranje vleugels, dan ben ik heel tevreden.

Prachtig vind ik ze, ze zijn mijn lievelingsvlinders. Ze zijn één van de minder algemene van de algemene vlinders. Je ziet ze niet steeds, een oranjetipje blijft bijzonder, maar je ziet ze vaak genoeg om ze niet te vergeten. Daarbij is dat oranje een vrij zeldzame kleur in de natuur.

Lees Meer Lees Meer

DELEN
Achter het huisje op de hei

Achter het huisje op de hei

Oranjetipje. Foto Gerben
Oranjetipje. Foto Gerben

Aan de rand van het Dwingelderveld staat een oud, knus huisje. Het wordt als veldstation beheerd door de Stichting Natuuronderzoek Nederland, één van de natuur-stichtingen van Lenze Hofstee. Lenze gaat erheen om de krentenboompjes te zien bloeien en nodigt me uit.

Het huisje kijkt over vroegere hooilanden heen, tussen bosranden met bloeiende krentenboompjes door, uit op hei en vennen. We struinen over het hooiland naar de bosrand. Er bloeien witte krodde, hondsdraf en akkerhoornbloem. Er zingen vinken en fitissen. Op de hei wemelt het van zingende roodborsttapuiten, zingende rietgorzen, zingende geelgorzen, zingende kneuen, zingende leeuweriken. Grauwe ganzen gakken erdoorheen, een dodaars hinnikt, een buizerd mauwt. We zouden een eerste zwaluw, de eerste koekoek, het eerste oranjetipje kunnen aantreffen.

Lees Meer Lees Meer

DELEN
De lentegeneratie van de kleine vos

De lentegeneratie van de kleine vos

Kleine vos. Foto Koos Dijksterhuis
Kleine vos. Foto Koos Dijksterhuis

Hommels, honingbijen, vliegen en vlinders – de insectenwereld ontwaakt. De eerste vlindersoorten zijn als vanouds kleine vos, citroenvlinder en dagpauwoog. Kleine vossen zijn er het meest. Ze vliegen wat af, ze volgen bermen en bosranden, passeren tuinen en parken. Ze zoeken bloemen voor nectar. Dat kunnen allerlei bloemen zijn, al bloeien er nog niet zoveel.
Kleine vosrupsen zijn kieskeuriger, die eten brandnetel. Brandnetel is een lekkernij – menige rups wil per se op brandnetel leven. Kleine vossenvrouwen zetten hun eitjes dus af op brandnetel. Ze zoekt naar een plekje waar de middagzon op schijnt, blijft daar overnachten en legt de volgende ochtend haar eitjes. Om vrouwtjes te verleiden willen mannetjes nog wel eens een territorium bezet houden, waaruit ze andere mannetjes wegjagen. Dat doen ze eveneens ’s middags, als de vrouwtjes een plekje zoeken voor de eitjes.

Lees Meer Lees Meer

DELEN