Zinloos geweld

Zinloos geweld

© Kees Schram

Overal in Nederland hoor je motorgeronk, maar toen ik laatst door een natuurgebiedje wandelde, zwol dat geronk alarmerend aan. Ineens dook er een trekker op van achter de bosrand. De trekker koos het pad aan de overkant van het kanaal waarlangs ik liep. Dat kanaal is gegraven als deel van het nog jonge natuurgebiedje, op de grens tussen stad en stadsnatuur. Er ligt een ecologisch gebouwd wijkje, met ecologisch groenbeheer. De kanaaloever wordt gesierd door een rietkraag. In de rietkraag broeden eenden, meerkoeten, waterhoentjes, futen, rietzangers, karekieten, rietgorzen en blauwborstjes. Op een enkele opblaasboot na vaart door het kanaal nooit wat. De enige voertuigen die over het pad rijden, zijn de machines die het pad maaien. Ook nu. De trekker, breder dan het pad en zo hoog als een arbeidershuisje, trekt een futuristisch apparaat. Er klapt een vleugel uit, die de rietkraag vlak boven de grond wegscheert. Word ik in zo’n geval meestal met stomheid geslagen, nu schreeuw ik en klapwiek ik met mijn armen. Maar de maaier hoort me niet, hij zit in zijn geluidsgeïsoleerde, airconditioned cabine op een hydraulisch geveerde stoel naar muziek te luisteren. Het enige contact dat hij met de buitenwereld heeft, verloopt via zijn mobieltje. Het vernietigen van de rietkraag is in twee minuten gepiept. Aan de overkant ren ik mee en hij ziet me pas als alle nesten, kuikens en eieren geklutst zijn. Hij werkt uiteraard bij een loonbedrijf, dat weer is ingehuurd. Ik stamel iets over nesten.

‘Welnee’, zegt hij opgewekt, ‘ik zag niks, er zijn helemaal geen nesten hier.’

‘Nee, nu niet meer’, antwoord ik ten afscheid.

DELEN
Reacties zijn gesloten.