Vogels bij de vetbol

Kauwtjes hebben de vetbol ontdekt. Ik vind kauwtjes leuk, maar tegen hun eetlust zijn vetbollen niet aan te slepen. In een dag is een bol weg. Dan blijft er zo’n stukgeragd netje achter van gifgroen plastic. Ik hang de vetbol aan een touwtje van twintig centimeter. Het touwtje knoop ik vast aan een twijg. Dat maakt het kauwtjes moeilijk. Hoewel je niet kunt weten, kauwtjes horen bij de slimste vogels die er zijn. Maar de kauwtjes blijven weg, de vetbol is aan de mezen.Roodborst en vinken blijven op de grond, maar koolmezen vliegen af en aan, ze klemmen zich aan het vet en pikken erin. Wat ze morsen is voor roodborst en vinken. Ik denk dat steeds dezelfde koolmezen aan de vetbol hangen; twee mezen, schat ik, maar het kunnen net zo goed meerdere mezen zijn. Ineens hangt er een pimpelmees aan.

Daarvan is duidelijk dat het een ander is. De koolmezen zou je al moeten markeren met kleurringen, om zeker te zijn. De mezen kunnen geen genoeg krijgen van de verzadigde vetzuren met ingelegd zaad. Ze knoeien van alles en dat eigenen twee merels zich toe. De merels kijken omhoog. Je ziet ze denken: die bol houdt mij niet. Dan spring er één recht onder de vetbol omhoog en ramt de bol van onderen met zijn snavel. Even fladdert hij, dan ploft hij neer. Er kleeft een hap aan zijn snavel, wat brokjes zijn gevallen. Wat merels kunnen, kunnen kauwtjes ook. Ik denk dat nog niet, of een kauw balanceert op de twijg en haalt met zijn snavel de bol op, steeds met zijn poot het touwtje klem zettend.