Steenuil

Steenuil

Steenuil. Foto Koos Dijksterhuis
Steenuil. Foto Koos Dijksterhuis

Nadat ik met Trouwlezer Henk Strietman door de Eempolders bij Amersfoort had gewandeld, gingen we ieder ons weegs. Henk bond me op het hart het woonhuis bij de boerderij bij Eembrugge aandacht te geven. Niet dat het zo’n fraai huis was, maar er zou een steenuil onder de pannen huizen.

Een steenuil!

Als je mij wilt laten smelten, is een steenuil een uitstekende methode. Ik reed erheen, remde af, stuurde de auto naar de overkant de berm in, reed stapvoets tot pal voor het huis, stopte en keek.

Tussen de vitrages en kamerplanten door meende ik een vage beweging te zien. Op deze landweg deed iedere auto waarschijnlijk de hoofden oprichten, en een pal voor het huis gestopte auto kon wel eens de alarmbellen doen rinkelen. Maar niemand greep in.

Ik speurde de dakgoot af en de nok. Ik zag daar niets, maar door mijn ooghoek drong van voorbij het huis een beweging tot mij door. Daar kwam iets aangezweefd en waarachtig, het was een steenuil! In de golvende lucht, steenuilen eigen, zweefde hij op een bloesemende appelboom af en plofte met vooruitgestoken poten neer op een tak. Steenuilen zijn verenbollen met idioot lange poten. Vliegende plumeaus. Die poten maken het mogelijk in gestrekte draf door het gras achter wormen en muizen aan te rennen.

Ik zag een half jaar geleden ook een steenuil, maar daarvoor jaren niet één. In Groningen zijn bijna geen steenuilen meer. In de Achterhoek, de Betuwe, de Beemster, Zeeuws-Vlaanderen en Zuid-Limburg komen ze wel voor, maar daar kom ik niet zo vaak en dan moet ik maar net het geluk hebben wat ik hier in de Eempolders had.

Het uiltje zette zich af en vloog naar het uiteinde van de dakgoot. Daar, waar de pannen de zijmuur raakten, verdween hij onder het dak. Hij was er vast en zeker aan het nestelen. Ik smolt. Bedankt, Henk.

(Natuurdagboek Trouw woensdag 26 april 2017)

DELEN
Reacties zijn gesloten.