In het Natuurpark Lelystad worden dieren gehouden die in Europa en Azië in het wild voorkomen of –kwamen. Er zijn elanden, wisenten, herten, moeflons, zwijnen en bevers te zien, als je geluk hebt, want de dieren hebben de ruimte en genoeg begroeiing om zich te verstoppen.

Wolven en andere roofdieren zijn er niet, op één na: de otter. Of eigenlijk op twee na, want er zijn ook Aziatische kleinklauwotters. Het Natuurpark is een afwisselend en natuurlijk aangelegd terrein, waar je gratis inmag, maar wel voor een parkeerplaats betaalt.  De eigenaar is Stichting het Flevolandschap en vanuit het park worden bedreigde dieren soms in het wild uitgezet.

Hoewel otters zeldzame en schuwe dieren zijn, die zich in het wild vrijwel nooit vertonen, zijn die in het Natuurpark nou juist relatief gemakkelijk te zien. Om drie uur wordt er namelijk onder een uitkijkduin vis geserveerd. Ik ben wezen kijken en werd omringd door opgetogen kinderen. Ook een blauwe reiger was present, om voor de hand liggende redenen.

Het Flevolandschap hoopt kinderen en hun (groot)ouders naar het Natuurpark te lokken met het rijkelijk geïllustreerde voorleesboek Olivier de Otter (www.olivierdeotter.nl). Daarin zwemt Olivier het Natuurpark rond en maakt hij met allerlei dieren een praatje. Misschien dat voorgelezen kinderen nieuwsgierig worden naar de held uit het boek en een keer naar otters komen kijken in het Natuurpark.

Zelfs op voedertijd ben je trouwens niet zeker van de otters. Een terreinbeheerder vertelde me dat er eens geen otter op de vis afkwam, toen hij er met een schoolklas stond te kijken. ‘Kunt u ze niet lokken?’ vroegen ze. Hij zei dat ze blijkbaar geen honger hadden, maar dat ze misschien op een lokroep af zouden komen. ‘Wat roepen otters dan?’ Hij kon de verleiding niet weerstaan ‘iea’ te zeggen, waarna de kinderen om het hardst ‘iea!’ riepen.

(Natuurdagboek Trouw donderdag 23 nov. 2017)