Mussen voor de rechter
Huismussen wonen bij mensen: onder daken en in tuinen. Je zou denken: vogels die bij mensen wonen doen het goed, want er zijn meer mensen dan ooit. Dat geldt misschien voor kippen, maar niet voor mussen.
Dat de huismus veel terrein heeft verloren is al lang bekend. Als ik huismussen hoor tjilpen, veer ik verrast op: hé, huismussen! Ik word altijd vrolijk van die boefjes. Helaas offeren we die vogels op aan financieel gewin. Huismussen zijn hun leefgebied op het platteland al eerder grotendeels kwijtgeraakt, en leveren ook in de bebouwde kom ruimte in.
De betegelde intratuintjes en prefab-woningbouw met ondoordringbare daken zijn rampzalig voor de mus. Hetzelfde geldt voor de klimaatregel om oude huizen energiezuinig te maken. Op zich een loffelijk streven, maar wat goed is voor het milieu hoeft niet goed te zijn voor de natuur. De renovatie gebeurt conform de Gedragsregel Natuurinclusief Renoveren. Dat klinkt mooi, maar tegenwoordig heet alles inclusief, zoals voorheen alles duurzaam was.
De stichting Huismus Bescherming Nederland waarschuwt dat de renovaties ten koste gaan van huismussen. Volgens mussenbeschermer Liset Karman is er meer nodig dan nestkasten ophangen ter compensatie van het verlies aan toegankelijke dakpannen. ’In voorbereiding van de grootschalige renovaties worden soms alle tuinen met de grond gelijk gemaakt’, vertelt ze. ‘Daarmee verdwijnt het leefgebied van de huismus.’ Terwijl mussen op de Rode Lijst staan en hun leefgebied volgens de Vogelrichtlijn beschermd moet worden.
Om die bescherming af te dwingen, heeft de stichting een procedure aangespannen, die maandag voor de rechter kwam (uitspraak nog niet bekend). Bij de renovaties gaan complete huizenrijen onder de hamer en hun tuinen op de schop. Karman: ‘We eisen dat tijdens die renovaties broed-, slaap- en schuilplaatsen behouden of gecreëerd worden, en plekken om voedsel, water, steentjes en stofbaden te vinden.’
(Natuurdagboek Trouw vrijdag 20 november)