Kat en muis

Op bezoek bij vrienden op het platteland. De kat slalomt langs onze enkels en springt op vriendins schoot. Ik had net een verdrietig bericht ontvangen van een lezeres, wier kat door een steenmarter was opgegeten. Er lag alleen nog een pluk haar. Je kunt je enorm aan een huisdier hechten en je in dat dier inleven. De dood van dat dier maakt je dan heel verdrietig. Ik vertel het verhaal en vriendin zegt meelevend ‘oh, wat zielig’.
Vriendins kat heeft nog nooit een steenmarter gezien en likt zich onbekommerd. Ik vraag of ze de restjes van de schoongemaakte vis mag. Nee, de kat mag alleen brokjes van een vast merk, anders krijgt ze buikpijn of erger. Het is een gevoelige kat. De visrestjes gaan in de vuilnisbak.
Er kwetteren vinken, groenlingen en huismussen. Een merel scheert over. Vriendin vertelt dat ze een sperwer zag toeslaan. Hij dook op een merel, maar ze was net op tijd schreeuwend de tuin in gestormd om dat ‘rotbeest’ te verjagen. De aanval was afgeweerd, de merel gered.
De kat komt aanzetten met een soort hamster in zijn bek. Een mollige muis van elf centimeter lengte en een kort staartje. Een veldmuis. Ze laat de veldmuis vallen, zet er even wat nagels in en gaat zich dan uitgebreid poetsen. De muis krabbelt op en strompelt weg. Als de kat zich weer over hem buigt, richt ie zich dapper op, en dreigt hij met twee knaagdiertandjes. Ook dreigend ziet een veldmuis er koddig uit. Een veldmuis is een knaagdier dat meer op een cavia lijkt dan op een muis.
Ik spring overeind om in te grijpen, maar volgens vriendin is dit de natuur. De kat mept de muis, die onder de geparkeerde auto rolt, waar ik er toch niet bij kan. Soms klinkt gestommel, soms klinkt gepiep. De kat trekt er een half uur voor uit om de muis dood te martelen. Pas als ze er geen enkele reactie meer uit weet te knijpen, vreet ze de muis op. Vriendin vertelt dat dit dagelijkse kost is.
Inderdaad, een paar uur later legt de kat een levende veldmuis voor mijn voeten neer. Er steekt een gebroken pootje onder het dier uit en er zit bloed aan zijn snuit. Niet meer te redden, maar ik mag nog zo van de natuur houden, ik laat niet weer een veldmuis langzaam dood martelen. Dus grijp ik een schop en sla ik de muis in één keer zo plat als een flensje. Verbaasd constateert de kat dat het te laat is voor spelletjes. Ze begint te schrokken. Ze knaagt op de muizenkop, haar bek trekt scheef van de forse hap, die vervolgens in zijn geheel naar binnen gewerkt wordt, met pootjes en staart, huid en haar.
Een kat die door een marter wordt gedood is zielig. Een sperwer die een merel vangt is een rotbeest. Een veldmuis die door een gevoelige huiskat wordt opgegeten is de natuur.
De lezeres stuurde trouwens een vervolgbericht: haar kat stond na een week weer voor de deur: kreupel, stoffig, mager, gewond in de oksels en met een lege blik in haar ogen. Ze had de steenmarter overleefd, misschien wel dankzij haar vlooienband.
Eén gedachte over “ Kat en muis”
O nee, dat kan ik ook niet aanzien, dat gesol met zo’n muis. Dan eet deze kat hem nog op. Die van mij leggen hem alleen maar voor m’n voeten.
Als het even kan bevrijd ik de muis of, als er niets meer te redden is, verlos ik hem uit zijn lijden.
Reacties zijn gesloten.