Hottentottenvijgen

Hottentottenvijgen

© Koos Dijksterhuis, Kever Oxythynea funesta op middagbloem

Aan de kust van de Middellandse Zee sjouw ik over de rotsen. Er bloeien bloemen die wat weg hebben van enorme composieten. De bloemen dan. De bladeren doen meer denken aan vetplanten. Als dikke, vlezige punten wijzen ze omhoog. In het midden die bloemen – groot, van lichtgeel tot zuurstokroze. Ze zijn mij te roze, te groot, te protserig. Ze komen me heel bekend voor, maar waarvan? Er leven schijnboktorren op, groene glanskevers en van die naargeestige, slome kevers die je op zoveel bloemen ziet: Oxythynea funesta. Die hebben donkergrijze dekschilden met stippels. Dat trage maakt hen onaantrekkelijk. Ze lijken stil te zitten maar bewegen steeds. ze knagen, ze eten de bloemen. Funesta – wat een naam!

Maar terug naar de bloemen. In een eenvoudig gidsje met foto’s van mediterrane planten ontdek ik hem toch nog, nadat ik het hele gidsje drie keer heb doorgebladerd. Het is de middagbloem, die alleen bloeit in de zon. Middagbloemen vormen hele tapijten in de brandende zon. Ze kunnen goed tegen de hitte. Vetplantenblad!

Ik kan minder goed tegen de hitte, maar het is helemaal niet heet. Het is heerlijk lenteweer, er waait een bries uit zee, de zon schijnt en duizend middagbloemen bloeien op deze de vroege ochtend. Of ze in juli en augustus nog bloeien, als half Nederland in Zuid-Frankrijk zijn geluk zoekt, betwijfel ik.

Ik zoek informatie over die plant. Dat valt niet mee. Ja, er zijn tal van zaadwinkels die erin grossieren. Kennelijk is de middagbloem of hottentottenvijg een geliefde tuinplant.

Nooit in een tuin gezien.

Ze kunnen een graad of vijf vorst verdragen, lees ik. Ze zijn succulenten, lees ik. Dat zijn planten met allerlei technieken voor waterberging. Planten van droge streken. Cactussen zijn succulenten, en nog veel meer plantenfamilies, die we gemakshalve vetplanten noemen. De waterbesparende planten zijn er in buitenissige vormen, allemaal met het oog op vocht vasthouden. Sommige doen dat met in hun blad, andere in hun stam of in hun knol. Dat zijn bladsucculenten, stamsucculenten en knolsucculenten. Ze groeien langzamer dan andere planten en kunnen veel ouder worden. Sommige cactussen, die joekels in een cowboyfilm, kunnen de honderd halen.

© Koos Dijksterhuis, Middagbloem

De middagbloem is geen cactus, maar wel een langzaam groeiende vetplant die jaren meegaat. Hij wordt ook wel hottentottenvijg genoemd. Die naam verraadt de herkomst: Zuid-Afrika! Aha, een exoot, maar wel een ingeburgerde exoot, gezien zijn aantallen en de vele insecten erop. Die insecten moeten toch wennen aan een nieuwkomer, zou je zeggen. Mensen ook. Mensen hebben het niet op exoten. Maar de middagbloem hoort erbij. Er wordt zelfs mee geschermd en gesnoefd in folders: kijk eens wat mooi!

Zuid-Afrika doet een lichtje branden. Toen ik acht was, begon ik postzegels te sparen. Er was een algemene postzegel uit Zuid-Afrika, met een middagbloem erop. Daar herinner ik me de plant van. Is het toch ergens goed voor geweest, dat verzamelen!

DELEN
Reacties zijn gesloten.