Denkt jonge wouw Dalf: hé, ik ben weer thuis?

Denkt jonge wouw Dalf: hé, ik ben weer thuis?

Rodewouw4 Dalf (r) op het nest. Foto Gijs Bouwmeester
Rodewouw4 Dalf (r) op het nest. Foto Gijs Bouwmeester

[Vervolg van donderdag 3 juli]

We staan klaar om de jonge rode wouw Dalf terug te zetten in het nest. Wouwen-onderzoeker Gijs hult zich in touwen en stijgijzers. Dankzij de ijzers kan hij recht tegen de stam op klimmen. Als hij bijna uit het zicht verdwijnt, zo hoog, roept hij het verlossende woord: ‘een blakend kuiken en het nest is in orde. Er liggen meer prooien dan dat ene jong op kan.’

Ondertussen laat uit het uit dat nest gewaaide jong twee hoge trillers horen. Gijs laat een touw zakken, waaraan ik de zak met de vogel hang. Hij takelt Dalf op en zet de vogel terug, naast het nog op het nest zittende zusje. Zouden ze elkaar herkennen? Zou Dalf denken: hé, ik ben weer thuis? Ik zou wel even willen ruilen. Maar daar heeft Dalf vast geen belangstelling voor. Het is wel te hopen dat zijn ouders hem voeren, maar de tekenen zijn gunstig. Ze hebben vast Dalfs trillers gehoord en Gijs ziet dat ie zijn bek bedelend opent. Zijn broer of zus SP weegt meer dan een kilo. Dalf loopt ruim een derde achter en zal flink moeten bunkeren.

De prooien op het nest zijn stukjes van jonge haasjes. ‘De boer heeft de velden net gemaaid’, zegt Gijs, ‘dan is er een paar dagen een overvloed aan stuk gemaaide jonge haasjes, reekalfjes en vogels. Ook worden muizennesten open gemaaid.’ Het is een tijdelijke bonanza, maar toevallig wel een goed getimede. Misschien is dat vele maaien wel de reden dat rode wouwen het in het intensieve landbouwland redden. De prooi-dichtheid is laag, zo zijn er veel minder woelratten en veldmuizen dan in de Eifel, maar ze zijn na het maaien weerloos voor de snelle roofvogels. Die hebben een uitgestrekt jachtgebied, waarin altijd wel ergens weilanden gemaaid en akkers geoogst worden. Waarna ook aan de ooievaars, reigers, meeuwen, kraaien en buizerds te zien is dat er wat te halen valt.

Dalf legt zijn koppie neer en ziet er treurig uit. Zou hij die stuk gemaaide haasjes kunnen opschrokken? Herkennen en voeren zijn ouders hem? Drie dagen later zijn vanaf de grond twee kuikens te zien. Allebei scharrelen ze monter rond.

(Natuurdagboek Trouw, vrijdag 4 juli ’25)

 

DELEN

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *