Heilige schelp

Venus zou uit zee zijn verrezen. De schilder Sandro Botticelli leek een schelp daartoe kennelijk een handig vervoermiddel. Venus’ geboorte vond volgens hem plaats op een Jakobsmantel, dat symbool van pelgrims die Santiago de Compostela bezoeken.
Santiago betekent Sint-Jakob. Er is een verhaal over de apostel Jacobus die na zijn dood in een bootje vanuit Palestina de hele Middellandse Zee overstak, door de Straat van Gibraltar glipte en langs Portugal noordwaarts dreef – als bootvluchteling zou hij nu teruggestuurd worden of in zee zinken met zijn gammele boot. Zo niet de apostel. ’s Mans bootje zou zelfs van steen zijn geweest en bij aankomst in Galicië bedekt hebben gezeten onder aangegroeide mantelschelpen. De schelp heeft met zijn uitwaaierende plooien wel wat weg van een pelgrimsmantel, en kan aan de Galicische kust gevonden worden, maar verder lijkt het verhaal me verzonnen. Misschien was Sint-Maarten een logischer sint geweest voor deze schelp. Martinus werd heilig verklaard omdat hij een halve mantel weggaf!
Of je nou Martinus of Jacobus de mantelzorg gunt, je zou de Jakobsmantel een heilige schelp kunnen noemen. Het betreft overigens de grote mantel (Pecten maximus), die onder heiligschennende smulpapen bekend staat als coquille Saint Jacques, kokkel van Sint-Jakob; daar hebben we hem weer.
Het aantal pelgrims dat elk jaar naar Santiago de Compostela wandelt of fietst schommelt rond de tweeënhalf miljoen. Het is langs de met Jakobsmantels aangegeven routes dringen in de herbergen en op de campings. Kennelijk zijn de pelgrims niet uit op rust. Ze willen het certificaat; ook jonge Spanjaarden zijn daar dol op; het staat namelijk goed op hun cv. En omdat er niet exact wordt voorgeschreven hoelang de pelgrimstocht moet zijn, beginnen steeds meer pelgrims hun tocht in de buitenwijken van de stad. Dan wandelen ze een uurtje om hun pelgrimsstempel te halen.
(Natuurdagboek Trouw donderdag 11 november ’21)