Zonnige bloemen langs de sloot

Volgens de weerman in de krant wordt het warmterecord voor 5 maart wellicht verbroken. Het is sinds het bijhouden van de temperatuur nog nooit warmer geweest op 5 maart dan 15 graden.
Er moest gistermorgen misschien een enkel autoraampje gekrabd worden, maar daarna klom de zon en steeg de temperatuur. Er dreef geen wolkje, er woei geen zuchtje. Lente!
Het begon maandag 4 maart al met een opgewekt schijnende zon. Ik hoorde die dag de eerste vinken slaan. De vinken sloegen al twee weken, maar ze zwegen zodra ik naderde. Nu echter waren ze niet te temperen. Dat ‘slaan’ van vinken duidt op de zwieper die ze hun dalende wijsje nageven.
Zoon en ik fietsten honderd meter langs een sloot. De noordkant van die sloot stond pal in de zon en warempel, op drie plekken knipoogde een zonnetje uit groene blaadjes. Speenkruid!
Het eerste speenkruid. Mijn dag kon niet meer stuk. Zelfs de plastic flesjes in de sloot wisten mijn humeur niet te bederven. Ik telde er 48! Achttien flesjes per speenkruidbloem. Die verhouding verandert nu snel, want op de warmste 5 maart aller tijden zijn er vast en zeker meer speenkruidbloemen bijgekomen dan lege flesjes.
Tuinlieden waarschuwen soms tegen woekerend speenkruid. Zulke tuinlieden zien waarschijnlijk zelfs aan de zon louter schaduwzijden. In mijn tuin kan speenkruid niet genoeg woekeren. Zo vroeg in het seizoen beconcurreert het bijna niets en in april verdwijnen de speenkruidpollen weer helemaal.
Het record op 6 maart is trouwens 18 graden, dus zo extreem is de 5-maartse warmte nou ook weer niet. Maar daar gaat het niet om. Waar het om gaat, is dat de lente nadert in gestrekte draf.
( Natuurdagboek Trouw 6 maart 2013 )