Zakken van zand

Zakken van zand

Zandzakdrager Dahlica triquetrella. Foto Koos Dijksterhuis
Zandzakdrager Dahlica triquetrella. Foto Koos Dijksterhuis

Een vriendin van me had een massa larfjes bij de voordeur, zowel buiten als binnen. Ze hingen als kabouterkokertjes aan het plafond en de muur. Of ik kwam kijken wat het voor griezels waren. De volgende ochtend kwam ik kijken. Ze had ze reeds weggestofferd, wat het kijken niet bevorderde, maar er hing er één aan het plafond van het halletje. Ruim een halve centimeter lang. Het schepsel kwam me bekend voor, maar ik moest even nadenken voor ik me herinnerde wat het was. Pas toen ik na de koffie weer vertrok, schoot het me te binnen: een zakdrager!

Thuis zocht ik op internet zakdragers op. Zakdragers zijn kleine nachtvlinders, een soort kokermotjes. Ze boetseren kokers voor hun eitjes. Er is een gewone zakdrager. Blijkbaar vinden sommige mensen zakdragers gewoon. Ik dacht: het zal de gewone wel zijn, maar die heeft een heel ander kokertje. Er bestaat zelfs een dubbelzakdrager. Toe maar. Dit exemplaar was volgens mij een zandzakdrager. Op de macrofoto glinsterden zandkorreltjes. Een zak van zand.

Zandzakdragers waren zeldzaam maar nemen toe en worden ook wel in de herfst gevonden. In de kokertjes heeft de kleine nachtvlinder haar eitjes afgezet. Daar komt geen man aan te pas, het is een maagdelijke eileg. Intussen zijn de rupsjes uitgekomen. Ze kruipen rond op zoek naar eten, hun zak meedragend. Ze eten algen, plantenresten en dode insecten. Het zijn prima opruimers. Wie liever niet zelf schoonmaakt, moet zakdragers in huis nemen! En als ze alles opgeruimd en opgegeten hebben, gaan ze elkaar te lijf, want zoals alle rupsen zijn het veelvraten.
Ze sjouwen de hele winter met hun zak rond, om in maart tot vlindertje te verpoppen.

(Natuurdagboek Trouw vrijdag 10 okt. 2014)

DELEN
Reacties zijn gesloten.