Wild

Wild

Impala’s Foto Koos Dijksterhuis

Bij wildernis denk je algauw aan Afrika, en bij wildernis in Afrika denk je algauw aan leeuwen, olifanten en giraffen. Die zien we ook in wat onze gids het grootste aaneengesloten natuurreservaat ter wereld noemt: Selous en Mikumi in Tanzania. Maar is dat wild wel zo wild?

We rijden door de half beboste savanne. Het landschap blijft identiek als we het bord: “National Park” passeren. Er staat geen hek omheen maar prompt zien we kuddes impala’s, gnoes, buffels, wrattenzwijnen, bavianen, giraffen en olifanten. Wat een dieren, wat een grazers! Kan de begroeiing al dat gegraas wel aan? Later zien we ook nog bosbokken en rietbokken, koedoes en elanden – niet de noordelijke reuzen maar wel de grootste hertachtigen van Afrika. En vooral die impala’s zijn er met honderden. Qua aantallen en formaat doen ze denken aan de damherten in de Waterleidingduinen. Die grazen de duinen zo kaal dat er niets overblijft voor andere dieren, en doen impala’s niet hetzelfde? Al zitten die niet achter een omheining.

“Wel”, begint de gids, “er zijn roofdieren. Die zijn alleen niet snel genoeg. Ze pakken zieke en gewonde impala’s, en hun jongen. Daarom werpen ze tegelijk jongen, evenals de gnoes.” Door in één klap een nieuwe generatie op de wereld te zetten, is er zo’n overvloed dat de roofdieren het niet kunnen bijbenen. Roofdieren houden die grazers dus niet onder de duim en er wordt niet gejaagd, dus wat houdt hun aantal dan op peil, voedselgebrek? “Nee, al wordt de savanne inderdaad steeds kaler”, sombert de gids. “Straks is er geen boom meer over. Maar er staat geen hek om het park. De grazers zien dat het gras erbuiten groener is, scharrelen erheen en worden doodgeschoten voor in de pan. Roofdieren gaan eraan omdat ze vee kunnen doden.” Vandaar dat er buiten het reservaat geen dier te zien – toch ook een soort omheining.

Je vraagt je af waaraan dieren stierven voordat er mensen waren.

(Natuurdagboek Trouw woensdag 23 januari ’19)

DELEN
Reacties zijn gesloten.