Vogels van de klok

Tijdens de warme slotweken van oktober vlogen er meerdere vale gierzwaluwen door Nederland, vooral langs de kust. Dat zijn zuidelijke neven van onze gierzwaluwen. Beide soorten overwinteren in Afrika. De vale giertjes vliegen soms de verkeerde kant op.
Op internet zag ik dat er dagenlang zo’n vogel in de buurt van ons huisje op Schiermonnikoog gezien werd. Op 31 oktober had ik een bezoek aan het eiland gepland. Het was de laatste subtropische herfstdag. Ik reis niet stad en land af voor het zien van door anderen ontdekte zeldzaamheden, maar als ik toch in de buurt kom, probeer ik graag een glimp van het wonder te aanschouwen.
Om kwart over 2 bereikte ik het huisje en speurde ik de omgeving af. Geen vale gierzwaluw liet zich zien. Die vogels jakkeren in een kwartier naar Ameland en terug, dus ze moeten maar net over je heen vliegen als je omhoog loert. Dat gebeurde niet. ’s Avonds zag ik dat er voor het laatst om kwart over 2 een gezien was.
Een week eerder zat er een zeer zeldzame geelbrauwgors in Noord-Drenthe, verdwaald uit het Russische verre oosten, en toen ik in de buurt moest zijn, nam ik een kijkje. Het was maandag, ’s lands fanatieke vogelaars waren in het weekend massaal wezen kijken. Er waren nog maar een paar lieden met meterslange optische apparaten. ‘Hij vloog net de bosjes in’, vertelde men mij, ‘even uitbuiken’. Iemand had zaadjes gestrooid op het landweggetje, en hij zou zo meteen wel weer verschijnen.
We stonden op een rijtje en achter de voederplaats stond een ander rijtje vogelaars. Ik wachtte en bekeek hen door de kijker. Ook bekeek ik de vinken en koolmezen die door de bosjes scharrelden. Zat die geelbrauwgors ertussen? Nee. Ik moest om half 11 bij mijn afspraak in de buurt zijn. Het was half 11. Ik appte dat ik een kwartier later kwam. Om 8 over half 11 vertrok ik.
’s Avonds zag ik op internet dat de vogel zich om 8 over half 11 weer had vertoond.
(Natuurdagboek Trouw donderdag 3 november ’22)