Strandlopers te water

Strandlopers te water

Kleine (rechtsvoor) en krombekstrandloper Foto Jeroen Reneerkens
Kleine (rechtsvoor) en krombekstrandloper. Foto Jeroen Reneerkens

Het voordeel van mijn huurlingenbestaan is dat ik op een zonnige middag de pen aan Maarten kan geven. De vogeltrek is op zijn hoogtepunt en ik tijg met een vriend die zijn thuiswerk even opschort naar een meertje.

We zien daar een rosse grutto, een zilverplevier, wat kieviten en een witgatje, maar verder zitten er alleen goudplevieren. Prachtige vogels, maar ver en vaag. In de buurt hangen twee bijzondere strandlopers rond, horen we: gestreepte, uit Siberië. Die heb ik eerder gezien, in gezelschap van dezelfde vriend: op Groenland, waar Canadese gestreepte strandlopers soms verzeild raken.

De plek waar de gestreepte strandlopers zijn gezien is een geoogst bollenveld, dat blank gezet wordt. Dat blank zetten doodt het bodemleven: aaltjes, wormen, larven. In hun watersnood kruipen die naar boven en dat hebben de doortrekkende waadvogels snel door. Ze stappen door het ondiepe water en pikken maar raak.

We zien een levendige drukte van nog veel meer goudplevieren, tientallen bontbekplevieren, vele kemphanen, kieviten, watersnippen en honderden strandlopers. Bonte strandlopers, kleine strandlopers, krombekstrandlopers. Vooral die krombekstrandlopers zijn verrassend; die zie ik doorgaans alleen op de Wadden. De krombekken, de bontjes en sommige kemphennen (kleiner dan -hanen) lijken op elkaar en op de gewenste gestreepte. Met de lage zon mee hebben we een schitterend zicht op de in het water spiegelende vogels en met plezier speuren we ze allemaal af.

Soms menen we een gestreepte strandloper te zien. Dan nemen we een ingezoomde foto en bekijken we hem van ‘dichtbij’. Nee, toch een bontje, een krombek of een jonge kemphen. Het zijn grotendeels jonge vogels, die wat later trekken dan hun ouders. Die jonkies zijn nog niet uitgekleurd, of dragen een jeugdkleed; dat helpt niet bij het onderscheiden.

Wat een prachtige namiddag, en wat zien we veel, al vinden we geen gestreepte.

(Natuurdagboek Trouw vrijdag 2 oktober ’20)

DELEN
Reacties zijn gesloten.