Rotsduiven ruimen op

Rotsduiven ruimen op

Stadsduif. Foto Koos Dijksterhuis

In veel steden gedijt één vogelsoort uitstekend: de stadsduif. Wie was het nog maar die ze voor het eerst vliegende ratten noemde: Pamela Hemelrijk? Een rondje google leert dat aan stadsduiven allerlei onheil wordt toegedicht, vooral gebrek aan hygiëne.

Het valt me op dat vogels (en andere dieren) die talrijk voorkomen in de buurt van mensen zelden geliefd zijn. Kraaien, kauwen, spreeuwen, meeuwen… allemaal traditionele ondieren. Ratten natuurlijk het meest. Ik heb eens iemand aan de deur gehad die me als natuurschrijver haar muizen wilde tonen. Die nestelden in de schuur. Ze wilde ze bestrijden maar vond ze er zo schattig uitzien, dus dat was een dilemma. Het bleken bruine ratten te zijn, waarna ze vol afschuw besefte dat ze ratten schattig had genoemd. Ratten!

Rat is een scheldwoord, vandaar dat stadsduiven vliegende ratten worden genoemd. Stadsduiven hebben, net als zilvermeeuwen, met ratten gemeen dat ze leven van ons afval. Ze gedijen dus voorspoedig, want wij mensen zijn er met veel meer dan welke zoogdier- of vogelsoort ook en maken per individu ook nog eens vreselijk veel afval. Zij ruimen dat op en daarmee confronteren ze ons met onze eigen onhygiënische kant. Daarom noemen we hen maar vies; de opruimers van onze troep.

Stadsduiven bewonen een door mensen geïmiteerd rotslandschap: de stad. Van oorsprong zijn het rotsduiven. Die leven in rotsachtige bergen en op klippen aan zee. Overal maken wij mensen een landschap waar bijna alle wilde dieren wegkwijnen. Er zijn er dan enkele die er juist van profiteren en het goed doen, zoals vossen, ganzen en stadsduiven, dan vinden we ze hinderlijk en vies.

Dankzij kraaien, haviken en slechtvalken gaan er veel stadsduiven dood. De overlevers scharrelen rond, pikken eens hier, pikken eens daar een graantje mee en maken elkaar koerend het hof, zoals te zien is op een vertederend filmpje op youtube.

(Natuurdagboek Trouw donderdag 9 mei ’19)

DELEN
Reacties zijn gesloten.