Ros grut

Langs onze kust hangen allerlei waadvogels rond, die in het hoge noorden gebroed hebben. Tijdens hun trek vreten ze zich vol, alvorens hun vliegreis te hervatten. Andere arriveren om bij ons te overwinteren. De Waddenzee is in trek, maar ook andere wateren. Over zee zijn die trekvogels vliegend te zien, en soms strijken ze vermoeid neer bij een plas of op een strand dat niet wemelt van mensen en honden. De pier van IJmuiden is een handige rustplek.
Eén van die hoogpotige doortrekkers is de rosse grutto. Dankzij de bijna jaarlijks met veel tamtam maar tot nog toe tevergeefs gelanceerde reddingsplannen voor onze nationale vogel des vaderlands de grutto, kent bijna iedereen die kwijnende weidevogel, van naam althans. Dat er ook een rosse grutto bestaat, is minder bekend bij het Nederlandse volk.
Hebben onze weidegrutto’s een oranjerode hals, bij de mannelijke rosse grutto’s strekt dat oranjerode zich uit tot de onderbuik. ’s Winters zijn ze grijs. De drie grauwe vogels op de foto zijn jongen. Een nog rossig mannetje staat rechts naast ze. Rosse grutto’s lijken op grutto’s, maar er zijn genoeg verschillen om ze uit elkaar te houden.
Grutto’s laten in vlucht witte vleugelstrepen zien, rosse grutto’s missen die. De gruttostaart is zwartwit, die van de rosse is grijzig gestreept onder een witte onderrug. Rosse grutto’s staan op minder hoge poten en zijn iets kleiner en gedrongener. Wel hebben ze lange vleugels. Hun lange snavel is iets opgewipt, die van de grutto is recht.
Als u nu aan of boven zee groepen grutto’s ziet, zijn het waarschijnlijk rosse. Ze trekken momenteel met duizenden door. De rosse grutten uit Lapland vervolgen hun tocht naar West-Afrika, de vogels uit het Noord-Siberische Tajmir overwinteren in de Waddenzee.
Om hun honger te stillen zoeken ze schelpdieren en krabben op het wad, muggenlarven in ondiep zoet water of emelten en wormen in weiden en akkers.
(Natuurdagboek Trouw woensdag 31 augustus 2022)