Klavertjeszuring
Laatst was ik op een verjaardag waar het feestvarken een cadeautje kreeg dat geluk zou brengen. Het was een potje aarde, in een feestelijk doosje waarop foto’s stonden van wat er met enige bewatering uit zou opgroeien. In sierlijke letters stond er ‘Klavertje Vier’ op, om eventuele twijfel over de soort in de kiem te smoren. Pun intended.
Bijna altijd heeft zo’n geluksplantje vier hartvormige blaadjes. Bijna altijd betreft het dus geen klaver, die rondere blaadjes heeft, maar klaverzuring, een plantje uit een andere familie.
Klavers zijn een grote familie van planten, waarvan de rode en de witte klaver de bekendste en talrijkste familieleden zijn. Ze hebben drie ronde blaadjes. Bij uitzondering kan men na lang zoeken een exemplaar met vier blaadjes aantreffen. Sommige klaverzuringen hebben van nature vier blaadjes, dat scheelt een boel zoekwerk. Die worden gekweekt voor de geluksmarkt.
In Nederland komen ook wilde klaverzuringen voor. De gehoornde klaverzuring is de algemeenste. Die heeft gele bloempjes en verspreidt zich snel en gemakkelijk via de kieren tussen tegels en stenen door. In de opwarmende steden floreert de soort in de stenen tuinen van lieden die geen planten willen. Zij weten vaak niet hoe hun onkruid heet, maar dat is ook niet nodig om het met gasbranders, zout, azijn of round-up te lijf te gaan. Zij zouden de plantjes ook als gelukscadeautjes te gelde kunnen maken, maar ze hebben slechts drie hartvormige blaadjes.
Dat geldt ook voor witte klaverzuring, een andere Nederlandse soort. Witte klaverzuring groeit in bossen en kan in april de bosbodem bedekken met frisgroene, hartvormige blaadjes en de witte, paars dooraderde bloempjes. Ze zijn even mooi als bosanemonen, en een bos vol klaverzuring maakt mij gelukkiger dan menige geschenkverpakking. Ik zie ze niet veel meer – witte klaverzuring lijdt zeer onder de stikstofregen die gestaag blijft vallen.
(Natuurdagboek Trouw donderdag 20 april ’23)