Gewriemel en gespring in de tuin
Als ik in de tuin een rottende tak optil, wriemelt het van de beestjes. Pissebedden en duizendpoten, maar vooral piepkleine insectjes rennen weg. Sommige schieten van schrik een eindje de lucht in, recht omhoog. Het zijn springstaarten, die hun naam danken aan dat omhoog schieten.
Onder hun lijfje hebben ze een ingeklapte veer in de vorm van een vorkje. Als ze de veer ontgrendelen, kunnen ze zich ermee wegschieten. Zo vluchten ze voor spinnen, keverlarven, duizendpoten, roofmijten, vliegen, wantsen en andere hongerlappen, die in springstaarten een maaltijd zien. Springstaarten worden gekweekt als voer voor in terraria gehouden kikkertjes. Ik denk dat ook winterkoninkjes en roodborstjes springstaarten oppikken, als die door de tuin scharrelen.
Er zijn vele soorten springstaarten; in Nederland komen er ruim tweehonderd voor. Ze eten rottend plantenmateriaal, schimmels en bacteriën. Ze zijn zeer bedreven in het maken van humus.
Op de website janvanduinen.nl staan prachtige macrofoto’s van allerlei soorten springstaarten. Die verschillen in formaat van een speldenknop tot een nietje en zijn ook heel gevarieerd in kleur en vorm. Ze kunnen smal en langwerpig zijn of bol als een zwangere spinnenvrouw.
Een bolle springstaart werd door Jeanette Essink op de foto gezet. Het is, zoals u natuurlijk meteen ziet, een Dicyrtomina saundersi. Dat is een kleintje van twee millimeter.
Springstaarten mogen dan zes pootjes hebben, ze worden door biologen niet als insecten beschouwd. Ooit kropen kreeftachtigen het land op, op zes poten. Die voorlopers van insecten waren waarschijnlijk springstaarten. Springstaarten zijn de existing link tussen kreeften en insecten.
Sinds een paar jaar is bekend dat sommige springstaarten antibiotica kunnen maken. Zijn ze nu al onmisbaar voor een gezonde bodem, straks misschien ook voor gezonde mensen.
(Natuurdagboek Trouw donderdag 7 jan. 2016)