De visdiefjes zijn terug! De sterns lijken op kleine meeuwen, maar zijn slanker. Ze hebben vrij lange puntvleugels en een lange, gevorkte staart. Dat gaf ze ooit de bijnaam zeezwaluw, een naam die ze deelden met Noordse sterns, op wie ze erg lijken. Noordse sterns komen samen met visdiefjes voor op de Wadden. Zij vissen op zee, terwijl visdiefjes ook op zoet water vissen, tot diep in het binnenland.

Visdiefjes vliegen snel en maken voedselvluchten door sloten en kanalen af te vliegen. Dan zie je ze in de deinende sternenvlucht vliegen, witte dansers in de lucht, om af en toe even klapwiekend te bidden en als een schicht in het water te plonzen. Soms zie je dan de zilveren schittering van een visje, geklemd in hun snavel.

Visdiefjes broeden op de grond. Dat moet kale of licht begroeide grond zijn, met zand en schelpen of steentjes. Wie in Nederland op de grond broedt, wordt algauw door een kat of hond belaagd. Daarom broeden visdiefjes – vaak samen met scholeksters – op platte grinddaken, op aangelegde vogeleilandjes en -strandjes, en op vlotten die voorzien zijn van een laagje schelpen.

Een paar jaar geleden bezat iemand in Overijssel een leegstaande bedrijfsloods. Op het dak vestigde zich een kolonie visdiefjes. Veilig voor honden en katten en niemand tot last, zou je denken. Zelf zou ik genieten van visdiefjes op mijn schuur. En de loods stond toch leeg. Maar de eigenaar wou de loods slopen en was bang dat dat niet zou mogen, vanwege die beschermde vogels. Het dak zat vol donsbolletjes die door af en aan vliegende visdiefjes werden gevoerd. De man wachtte niet met de vergunningaanvraag tot de vogels gevlogen waren, maar klom voor de zekerheid op het dak en heeft met een schep eigenhandig meer dan tweehonderd visdiefkuikens doodgeslagen.

Visdiefjes overwinteren op zee bij West-Afrika. Tot eind mei arriveren ze, en in juli vertrekken de eerste visdiefjes alweer.

(Natuurdagboek Trouw woensdag 24 april ’19)