
Op Rottumeroog zowel als –plaat wordt heel soms een reebok gesignaleerd. Ook de mens is gezien op Rottum. Soms blijft ie een tijdje, meestal betreft het dwaalgasten. Dit zijn twee van de zoogdiersoorten in de Fauna van Rottum. Alle diergroepen komen daarin aan de orde, ook amfibieën, wormen en schelpen. Beide zoutwater-eilandjes zijn ongeschikt voor veel soorten, maar als vooruitgeschoven posten van Nederland krijgen ze de wonderlijkste vlinder-, libel- en vogelsoorten op bezoek.
Trekvogels uit het noorden komen doodmoe over zee aanzetten en kunnen op de Rottums eindelijk uitrusten. Daarom worden bosvogels als goudhaantjes er jaarlijks gezien. Ook goudvinken passeren soms, maar de twee goudvinken die ik zelf tijdens een wadvogeltelling in november 1997 op Plaat zag, staan er niet in. Kennelijk zijn die toen niet meegeteld. Wel staat de merel erin die de zomer van 1987 op Oog doorbracht. Toen was de tuin van Tox er nog. De vroegere strandvoogd Toxopeus had een tuin in de duinvallei, waar zoet kwelwater opborrelde. Toen ik als mens het eilandje mocht bewaken, groeiden daar vlieren en een paar orchideeën, die intussen met de zoetwatervallei in zee zijn verdwenen.
We vonden toen een verdronken lammetje, opgezwollen tot een ballon. Die moet van de Groninger kwelder zijn gespoeld. Hij heeft niet het boek niet gehaald. Wel de muskusratten die soms dood aanspoelen en soms ook levend. Waarna ze alsnog sterven, want muskusratten hebben zoet water nodig. Op Rottumeroog zouden ze trouwens geen kwaad kunnen. Dijken zijn er niet en duinen mogen ondergraven worden.
Een vogelatlas is al een monnikenwerk, en dit is een complete fauna! En dan nog wel van Rottum, ’s lands uiterste uithoek. Prachtig boek, met veel foto’s. Uitgeverij Profiel, €19,95.
( Natuurdagboek Trouw 11 feb. 2013 )