
Dat de gekweekte kamperfoelie minder geurt dan de wilde, vind ik geen aanbeveling. De geur van kamperfoelie maakt zoele lente- en zomeravonden nog zoeler. Kamperfoeliebloemen geuren ’s avonds sterker dan overdag. Zoals er nachtvlinders zijn, zijn er nachtbloemen en kamperfoelie is daar één van. Maar nu bloeit kamperfoelie nog niet. Wel schiet het blad tevoorschijn. Je ziet de plant groener worden. Als de winterzon erdoor schijnt, belooft dat frisse, prille groen de lente.
Klimop kan zich meters hoog om een stam heen slingeren, de hoogte in. Uitlopers hangen in slierten neer. Een tijd geleden vonden mijn kinderen het geweldig om eraan te slingeren, het was het hoogtepunt van een wandeling. ‘Lianen’, wist dochter, die zich als peuter graag tegoed deed aan de giftige kamperfoeliebessen, als niemand keek, want dat mocht niet. ‘Lekker zwieren en zwaaien’, zei zoon, die feilloos aanvoelt hoe hij zich het hartveroverendst kan uitdrukken. Of de betreffende kamperfoelie dat zwieren en zwaaien op prijs stelde?
Net als klimop leunt kamperfoelie op een boom, en net als klimop haalt de plant zijn eigen voedsel en water uit de grond. Net als klimop parasiteert kamperfoelie niet op de boom die hij bestijgt. Klimop is zo beleefd om rond de stam te kleven, wat draaglijker is dan aan takken te hangen, zoals kamperfoelie doet. Bovendien neemt klimop geen zonlicht weg. Kamperfoelie wel. Kamperfoelie doet een niet zo gezonde boom eerder de das om dan klimop. Toch is klimop gehaat en kamperfoelie geliefd. Want de bloemen kleuren en geuren zo fijn. En het blad is zachter en lichter. De lage zon schijnt er bijna doorheen.
Recente reacties