Appels!

Appels!

Appel in de appelboom. Foto Koos Dijksterhuis
Foto Koos Dijksterhuis

Soms zaag ik de langste uitlopers af, maar verder doe ik niets aan mijn appelboom. Dat hoeft ook niet, de boom floreert onder mijn niets-doen. Ieder jaar maakt ie meer appels. Alleen vorig jaar was de oogst minimaal, want toen bevroren de bloesems tijdens voorjaarsvorst. Ook afgelopen lente vroor het even, maar kennelijk niet streng genoeg, want de boom hangt vol.

Er zijn meer appels dan ooit en ze zijn dikker dan anders. Ze vallen nog niet en ik laat ze nog maar even van de herfstzon genieten. Dan kunnen ze behalve dik en rond ook nog geel worden. Het zijn geelgroene appels, al vertoont een enkel appeltje na die lange zonnezomer een oranje blos.

De boom had weinig last van de droogte. Terwijl de vlinderstruiken en sering hun bladeren slap lieten hangen, bleef de appelboom in volle wapenuitrusting. Zijn wortels reikten kennelijk diep genoeg voor het grondwater, dat hier niet ver te zoeken is. We wonen hier beneden Amsterdams peil en nog aan het water ook.

Dat wordt dus klimmen en plukken en schillen en eten. Het zijn lekkere handappels, en ze staan tevens garant voor appelmoezen, hete bliksems, appel-kruimel-toetjes en appeltaarten. Niet alleen wij vinden de appels lekker, een stoet kostgangers weet ze te waarderen. Merels, zanglijsters en spreeuwen zijn de top-3, en soms zoekt een vroege koperwiek of kramsvogel een appeltje voor de dorst. Verder zie ik vaak mezen en zwartkopjes door de takken schieten, maar al pikken die wel eens een hapje appel mee, ze zullen toch vooral op de rupsen en andere larven afkomen. Die weer van de appels of het appelblad leven.

Daarbij fungeert mijn niet zo heel hoge appelboom als opstapje naar de veel hogere bomen naast mijn tuin, waarvan houtduiven, tortels, gaaien en eksters gebruik maken. De meest opmerkelijke fans van de boom zijn echter wel de waterhoentjes die ’s winters de boom invliegen en over de takken klimmen.

(Natuurdagboek Trouw dinsdag 11 september ’18)

DELEN
Reacties zijn gesloten.